Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een nieuw boek van prof. dr. W.H. Velema: „Wie is God?"

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een nieuw boek van prof. dr. W.H. Velema: „Wie is God?"

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bij de boeken, die de redactie ter recensie ontving, was ook een nieuw boek van professor Velema onder bovengenoemde titel.

Ik las het bijna op dezelfde tijd als het boek van professor Kamphuis uit Kampen: „Juda's Hallel". Daarin lag de rijpheid van schriftuurlijk en dogmatisch en geestelijk nadenken als het ware opgeslagen met een bepaald gezichtspunt.

Professor Velema is niet met emeritaat, maar ook hij is in dit niet grote boek ook schriftuurlijk, dogmatisch en geestelijk bezig. Zoals bekend heeft hij meegewerkt aan het grote dogmatische handboek, dat grotendeels door professor Van Genderen is geschreven. Al liggen zijn vakken op het gebied van de ambtelijke vakken en de ethiek, van dogmatiek heeft hij altijd gehouden en hij beweegt zich ook hier op een stukje dogmatische bezinning. In het grote dogmatische werk zijn de hoofdstukken over God en zijn openbaring van de hand van professor Van Genderen. Aan hem draagt professor Velema nu dit werk(je) in vriendschap op. Het is zijn bedoeling meer, om over dit tere onderwerp zo te schrijven, dat het praktisch toegankelijk is. Voor hem lagen er drie doeleinden, zo schrijft hij: ten eerste mensen te helpen die op zoek zijn naar God. Ten tweede om de dogmatische bezinning praktisch te vertalen en ten slotte om de geestelijke kennis van God te helpen verdiepen. Met dat laatste komt hij uit bij wat hij graag de spiritualiteit noemt. Van daar uit moet men ook het hele werk lezen.
Elk hoofdstuk heeft een aantal vragen voor eigen meditatie of voor gebruik in een gespreksgroep.

In de „Beknopte Gereformeerde Dogmatiek" wordt er onophoudelijk voor gewaarschuwd, niet met menselijke, heel dikwijls filosofische gedachten, aan te komen als het er om gaat te spreken over God. Niet alleen de middeleeuwse (en latere) rooms-katholieke theologen hebben dat gedaan, maar ook meer dan één gereformeerde oudvader. Men kan het nalezen.
Men komt zo maar tot speculaties, tot een nageprate of eigengemaakte wijsbegeerte. Bijbels over de HERE onze God spreken, bijbels geloven, vereist een overboord zetten van onze gedachten, die krijgsgevangen geven aan de gehoorzaamheid aan Christus. Trouwe theologen mogen ons helpen om de korsten te helpen wegkrabben. Vertalen naar de praktijk, zo heet het ook in dit geschrift van professor Velema, en we mogen hem daar dankbaar voor zijn.

Als ik het boek zo lees, zijn vooral de hoofdstukken 1 en 2 bestemd voor het eerste doel van zijn schrijven, dus het (over de streep) helpen van mensen, die „wel in God willen geloven maar het niet kunnen". Ik hoop dat het geschrevene daarvoor voldoende is. Ik ben het er helemaal mee eens, dat alleen de Schrift zelf, toegepast door de Heilige Geest, ons kan leren om ons intellectuele verzet en onze sceptische houding en onze gevoelsmatige twijfels te overwinnen. Het is dus nodig, dat het boek ons ook meeneemt naar wat de Schrift zelf zegt. Ik wil niet anders. Toch heb ik het gevoel dat de ontmaskering of de aanmoediging of de verheldering misschien verder had moeten gaan, of wellicht die drie tegelijk, als het er om gaat om mensen te winnen.
Een van de meest nodige vakken, maar in onze tijd ook een van de moeilijkste vakken, is de apologetiek, die niet alleen is het aanwijzen van waar de fouten zitten, maar ook het wegen zoeken om de mensen te winnen. Tegelijk voel je je bijzonder machteloos bij tijden.

Ik hoor over het evangelisatiewerk in Parijs, waar ds. D.A. Brienen bij betrokken is, en ik raak onder de indruk van de barre ontoegankelijkheid van moderne individualistische mensen voor het evangelie. Mensen die zich er daar mee bezig houden zeggen: Misschien moeten wij wel aan pre-evangelisatie doen, of gewoon gezegd: ploegen eer ik zaaien kan. Niet slechts van onze harde tijd is de zegswijze: Het lijkt wel ploegen op rotsen. Wie verbreekt of vermaalt de rotsen?

Maar, als iemand zegt: Ik zou wel willen geloven, maar ik kan niet, dan zouden we tenminste kunnen proberen om misverstanden weg te nemen. Puin ruimen gaat gemakkelijker dan rotsen tot vruchtbare bodem maken. En ik hoop dat professor Velema gelegenheid vindt om daarover uitgebreider te schrijven.

Voor de praktische en geestelijke verwerking van het onderwerp ben ik dankbaar. Er wordt met teerheid geschreven, soms met beeldspraak waarvan de schrijver vindt dat ze op het randje van het oneerbiedige is (ik vind van niet) om ons duidelijk te maken wat de schrijver wil zeggen. Mooi vond ik wat geschreven is over het verbondsmatige karakter van Gods omgang met ons. Trouwens, er is veel dat aanspreekt.
Ik heb eigenlijk niet begrepen waarom de volgorde in de „volkomenheden" van God anders is dan in de behandeling in de Dogmatiek. Ik zou toch het „enig en eenvoudig" zijn meer voorop gezet hebben, zoals ook onze Nederlandse Geloofsbelijdenis doet.
Goed, en toch onder ons nog lang geen gemeengoed, is de bespreking over Gods gerechtigheid, als (heel dikwijls) reddende gerechtigheid, terwijl toch ook de gerechtigheid als straffende gerechtigheid niet ontbreekt.
Zo is er meer, dat het boekje praktisch waardevol maakt.

Ik wil nog wel iets kwijt over het gebruik van de bijbelvertaling. Ik heb wel eens horen zeggen, dat deze uitgever strikte wensen heeft over het alleen gebruiken van de Statenvertaling. Nu, grote eerbied ook van mijn kant voor de Statenvertaling. Maar daar zou toch wat meer vrijheid in moeten zijn. Nu moet de schrijver, als hij Psalm 139 bespreekt, in het voorbijgaan, bijna onopgemerkt, laten uitkomen dat daar de hel niet de hel is. En als op blz. 85 staat, dat „Gods alwetendheid der vromen troost" ooit eens ergens gelezen is als opschrift boven de psalm, dan weet iedereen die de vertaling van het Nederlands Bijbelgenootschap gebruikt natuurlijk, dat in alle gebruikelijke uitgaven van die vertaling dat opschrift er boven staat.

De meditatie- of gespreksvragen zijn goed, ter zake en vaak heel direct. Dat hebben we nodig.

Het boek(je) heeft 111 bladzijden, kost maar ƒ 19,95 en zal zijn weg zeker vinden. O, nog één ding: boeken hebben tegenwoordig een nummer en een aanduiding van de rubriek, waarin ze thuishoren. Bij de gegevens van dit boek staat: „Trefw.: God". Dat zou toch niet mogen. Zet het dan onder Geloofsleer of Praktische theologie of zoiets. Maar het is nu eenmaal zo gebeurd. Het doet aan de waarde verder niet af.

K. Boersma

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 maart 1994

De Wekker | 16 Pagina's

Een nieuw boek van prof. dr. W.H. Velema: „Wie is God?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 maart 1994

De Wekker | 16 Pagina's