Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Weer een stampvolle Loolaankerk - nu op 3 september

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Weer een stampvolle Loolaankerk - nu op 3 september

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Apeldoorn"
Ja hoor, nu krijgt u te lezen over onze „eigen" Schooldag op 3 september jl. Vorige week ging het over een volle Loolaankerk ter gelegenheid van het jubileum van de Gereformeerde Kerken Vrijgemaakt.
Een week later - allerlei bekende en vertrouwde gezichten. Het woord „knus" viel een keer in de bijeenkomst. Als je geen Apeldoorner bent en je komt zo eens per jaar in de Grote Kerk, dan zou je bijna denken, dat het een christelijke gereformeerde kerk is. Dat is natuurlijk niet zo. We zijn gewoon een keer per jaar te gast in een Hervormd kerkgebouw (tussen haakjes: de dienstdoende curator die volgend jaar een bedankwoordje moet uitspreken, moet er eens aan denken, dat hij niet zegt: de kerkeraad van de Nederlands(e) Hervormde Kerk van Apeldoorn, maar dat hij zegt: de kerkvoogdij van de Hervormde Gemeente Apeldoorn (en Het Loo). Ik heb het altijd verkeerd horen zeggen).
Te gast. Maar wel: een grote familiebijeenkomst. Het heeft inderdaad voor zeer velen iets „knus", iets van „onder ons". We zijn een rare kerk, menselijk bezien, maar in Apeldoorn spreken hartelijk met elkaar dominees en ouderlingen, die elkaar op de zondag niet ontmoeten. We zingen er allemaal uit de oude berijming en we zingen allemaal ritmisch en we voelen ons op ons gemak. Ik weet het wel, dat bergt grote gevaren in zich. De kerk mag zich over het algemeen niet „onder ons" opsluiten, tenzij „in de binnenkamer". In het Kerkblad voor het Noorden stond, dat we misschien om onze verdeeldheid, ook binnenkerkelijk, de grote samenkomst eens zouden moeten opsplitsen in een aantal gebedsgroepen om gezamenlijk en persoonlijk onze schuld te belijden en om uitkomst te smeken, zonder het risico te lopen dat we van een pinksterachtige mentaliteit beschuldigd konden worden.
Ik weet het wel, je kunt zelfs in Apeldoorn terechtkomen in de psychologie-van-de-massa. Je kunt er ook zijn met een gevoel van „Wij zijn het".
Ik weet het, we kunnen sterk zijn in het aanwijzen van gevaarlijke en negatieve kanten en beïnvloeding.
Maar het is niet verkeerd, om zo af en toe ter bemoediging bij elkaar te komen. De geest van de ootmoed en kleinheid ontbrak gelukkig ook zeker niet.

Jubileum
Ja, een heel volle kerk. U weet wel, dat was de laatste jaren meestal anders. In 1992 in Barneveld was er ook een massale aanwezigheid. Maar anders was het wel eens dunnetjes. Dit jaar niet.
Er was iets te vieren. De theologische opleiding van onze kerken bestaat honderd jaar. Op 11 september 1894 is zeer, zeer bescheiden, de opleiding van de Christelijke Gereformeerde Kerk hervat, nadat de School in Kampen in 1892 met de Vereniging van dat jaar tot „de Gereformeerde Kerken in Nederland" was meegegaan.
Er was veel aandacht aan deze bijeenkomst gegeven. Gelukkig niet voor niets. Ik sprak er verscheidene mensen, die in jaren of nog in het geheel niet geweest waren, maar het nu mee wilden maken en wie het erg goed beviel.
Ik moet ook zeggen, dat er van de invulling van de dag erg veel werk gemaakt was. Waar ik vooral erg enthousiast over was, dat was de middagbijeenkomst met jonge mensen in de aula van de Universiteit. Daarover zo aanstonds meer. Maar ook was er goede afwisseling, er werd (over het algemeen) kort gesproken, er waren verschillende koren, de stem van vroeger en van nu werd gehoord, er heerste een sfeer van dankbaarheid en goede moed.
Een goede greep was het ook om een kwartier samenzang te houden voor het begin van de morgen- en van de middagsamenkomst. Ook een prachtige gelegenheid, zo denk ik (ondeugend?) om samen gezangen te zingen. Ach, we doen er toch niet zo heel verkeerd aan, wederzijds ruimte te laten voor elkaars gevoelens en daar wijze wegen voor te zoeken. Daar kan wel eens schamper over gedaan worden, maar het heeft toch iets heel goeds om naar Paulus' woord niet slechts te denken aan eigen belang, maar ook aan dat van anderen.
Het is waar, dat zo'n woord van Paulus heel wat verder strekt dan een gewoonte van zingen, maar het mag er toch ook wel op slaan.
Een jubileum. Honderd jaar opleiding. We kunnen ons een heleboel dingen van honderd jaar geleden niet meer voorstellen. Daaronder behoort ook de moed en het roepingsbesef, in een heel klein staande gebleven kerkverband een zo volwaardig mogelijke theologische opleiding opnieuw tot stand te brengen. Wij zwemmen vandaag in de luxe van een erkende, gedeeltelijk door de overheid bekostigde, uitstekend geleide en bemande theologie-opleiding, sinds enige jaren zelfs „universiteit" geheten. Maar kun je je indenken, wat dat geweest is, in 1892 christelijk gereformeerd gebleven te zijn, niet uit scheurzucht maar uit hoog roepingsbesef, hoe daarover ook door anderen geoordeeld werd, en wat dat geweest is om het aan te durven, om een goede theologische opleiding te eisen en op te bouwen, terwijl er bijna niemand voor beschikbaar was en er eigenlijk helemaal geen geld voor was? Je kunt het je niet indenken.
Je mag er vandaag dankbaar voor zijn. We zien de bewijzen van wat er gebeurd is voor ons en om ons heen, en nu ook vastgelegd in het jubileumboek „Luisteren en leren".
We kwamen samen om de Here te danken. Om samen uiting te geven aan onze verbondenheid en dankbaarheid. Een heel bijzondere Schooldag.

Impressie
U bemerkt wel, dat ik in dit artikel geen verslag van de Schooldag geef. Het is trouwens de bedoeling, dat de inhoud van het gesprokene in ons blad wordt gepubliceerd.
Het programma was telkens vooraf in ons blad aangekondigd:
- Opening door de aan de beurt zijnde president-curator: ds. A. van Heteren.
- Aanbieding van het jubileumboek „Luisteren en leren" door prof. dr. J. van Genderen.
- Aanbieding van een jubileumgeschenk namens (oud-)studenten door ds. G. van Roekel.
- Collecten voor de bijbelschool in Kwa-Ndebele (Zuid-Afrika) waar ds. M. Rebel werkt en straks drs. C.W. Buijs hoopt te gaan werken, en voor de Evangelische Faculteit in (Franstalig) Bangui in Centraal- Afrika; in de jongerenbijeenkomst trouwens voor het werk van Dienstverlening Jongeren Wereldwijd.
- Jubileumrede „Honderd jaar School van en voor de Kerk" door prof. dr. W. van 't Spijker.
- Toespraak over „Honderd jaar curatorium" door de secretaris-curator, ds. H. van der Schaaf.
- In de middagbijeenkomst een meditatie door prof. dr. B.J. Oosterhoff over Spreuken 2:1-6 over de ware wijsheid.
- Een rede door prof. dr. W.H. Velema over „Geloof en wetenschap".
- Een rede door prof. dr. J.W. Maris over „Gereformeerde theologie wereldwijd".
- De gebruikelijke(?) aanbieding van een (telkens weer) groot geldbedrag namens het comité Vrouwenactie Bibliotheek; nu door mevr. N. den Hertog-Kok.
- Een toespraak door ds. M.W. Nieuwenhuijze over „het student-zijn vroeger".
- Een toespraak door student M. Visser over „het student-zijn heden".
- Sluiting door ds. M. Vlietstra.
- Koorzang 's morgens door het evangelisatiekoor „Soli Deo Gloria" uit Almelo en door het gemengd koor „Sonore" uit Dordrecht-Zuid 's middags; bovendien in de aula 's middags medewerking van het Jongerenkoor „Sjaloom" uit Maassluis.
Een zwaar overladen programma, denkt u? Helemaal niet. Over het algemeen kon het strakke tijdschema goed aangehouden worden.
Er was ook gezorgd voor een goede variatie. En het besef, met velen samen te zijn, gaf aan het geheel naar mijn gevoel een meer opgewekte en dankbare sfeer dan soms wel het geval was.

Enkele indrukken
De president-curator greep in zijn psalm, Schriftlezing en openingswoord terug naar de opening van de School door de toenmalige president-curator, wijlen ds. J. Schotel. Mijne genade is u genoeg, staat er in 2 Cor. 12:9a en dat was ook voor de hernieuwde opleiding het geval. Een School, zo bescheiden begonnen, vertoonde al de waarheid van die tekst, maar wij hebben die genade ook voor ons ieder persoonlijk nodig.
Bij de presentatie van het jubileumboek „Luisteren en leren" legde prof. Van Genderen uit, dat deze titel in het kort een kenmerk is van wat er in Apeldoorn gebeurt. Eerst mogen en moeten we luisteren; pas daardoor kunnen we leren. En leren heeft een dubbele betekenis: onderwijs geven en onderwijs krijgen. Andere talen hebben daar verschillende woorden voor; het Nederlands niet. Maar beide zaken mogen we beoefenen. De titel is afkomstig van een idee van prof. Peels.
Studenten en oud-studenten wilden een tastbaar aandenken geven als teken van dank voor hetgeen ze hebben ontvangen. Het werd een houtsnijwerk, gemaakt door mevr. Peterson-de Haan uit Drogeham, dat de figuur voorstelt van de herder en leraar. Het kon later in het universiteitsgebouw bezichtigd worden: het was wel één figuur, maar die er aan de linkerkant uitziet als een herder met een herdersstaf en schaapjes op de voorgrond; de rechterkant is een leraar met een katheder en een boek, met leerlingen op de voorgrond. Meer symbolisch uitgewerkt, maar niet abstract en duidelijk herkenbaar.
Er waren twee bijzondere projecten, waarvoor gecollecteerd werd, beide weer als teken van dankbaarheid. Ik kan nu melden, dat de ochtendcollecte ƒ 9.975,- heeft opgebracht en de middagcollecte ƒ 7.512,-. De collecte bij de jeugd in de aula nog ƒ 309,-. Aldus de telling op de zaterdagavond. De morgencollecte werd toegelicht door ds. A. van Heteren als zendingsdeputaat en die voor de middag door dr. B. Loonstra, die een van degenen is geweest, die in Bangui gastcolleges hebben gegeven.
Prof. Van 't Spijker vertelde in zijn jubileumrede over de betekenis van het „sigillum", het zegel van de Universiteit. Het symbool van de brandende braambos, die niet verteerd werd („Nec tamen consumebatur") is ontleend aan het kerkelijke zegel, dat door de synode van 1947 werd aangenomen en dat weer afkomstig is van de predikanten L. Floor en A.H. Hilbers, die het bij de herdenking van Honderd jaar Afscheiding in 1934 in Ulrum invoerden. Dat was niet origineel: in 1691 had de kerk van Schotland het al, terwijl het oorspronkelijk afkomstig is van de Hugenoten, met hun kerk „in de woestijn" van de vervolgingen. Verder geeft dit universitaire zegel de drie wapens van Nederland (de leeuw, maar dan naar rechts kijkend), van Ulrum en van Apeldoorn.
Ds. Van der Schaaf vertelde enkele markante dingen uit de notulen van het curatorium (u moet maar denken: de meest markante dingen waren niet voor publikatie vatbaar), die interessant waren om te horen. Het eerste jaar was er aan inkomsten ƒ 1.657,26 1/2 tegen aan uitgaven ƒ 1.500,-. Honderd jaar later een inkomsten (inclusief overheidssubsidies enz.) van ƒ 1.736.000,- met een uitgavenbedrag dat ƒ 150.000,- lager is.
Voor het sluiten van de morgenbijeenkomst deelde de rector, prof. Van 't Spijker mee, dat de nieuwe cursus 15 nieuw ingeschrevenen telt. Dat betekent 41 studenten plus 40 studenten in de doctoraalfase. De bedoeling is, dat, als alles goed gaat, men in zes jaar doctorandus zal zijn. Er komt meer nadruk op de praktische vorming. Er zijn nu ook studenten uit het buitenland: twee uit Korea en twee uit Duitsland. Onze School begint in het buitenland bekendheid te krijgen. Er waren twee promoties: dr. H.J. Selderhuis en dr. W. Janse. We zien uit naar verdere promoties! Drs. Meijer neemt nu afscheid als docent Semitische talen; mevr. Drint heeft als opvolgster een begin gemaakt. De bibliotheek is in een proces van algehele automatisering.

In de middagvergadering spraken achtereenvolgens prof. dr. B.J. Oosterhoff - ditmaal mediterenderwijs - over de wijsheid, op de hem eigen manier, en prof. dr. W.H. Velema, op de ook van hem zo bekende manier, over „Geloof en wetenschap"; de theologische wetenschap dan. Het wereldwijde van de gereformeerde theologie, door prof. dr. J.W. Maris besproken, was er ook eerder, ja het is onafscheidelijk van de gereformeerde theologie geweest, altijd al, maar in onze tijd zijn er nieuwe uitdagingen, mogelijkheden en gaven. Mooi was de aansluiting aan de collecte voor een buitenlands theologisch doel.
Weer was er een geschenk van de Vrouwenactie: tweemaal ƒ 75.000,-, plus iets van wat er overschoot: aankleding van de senaatszaal en een schaal met inscriptie (geen asbakken). Heel apart, en echt iets voor deze dag, waren de twee verhalen van de (op één na) oudste in leven zijnde oud-student: ds. M.W. Nieuwenhuijze en de tegenwoordige student (momenteel praetor van de studenten) M. Visser. Natuurlijk zeer de moeite waard om aan te horen. Wat een verschillen in cultuur en gewoonten! En denk u in: ds. Nieuwenhuijze kwam als 17-jarige in 1926. Hij is in leeftijd overtroffen door ds. N. Brandsma, die ook op de Schooldag aanwezig was: die werd in 1922 aangenomen en studeerde in 1930 af! Levende monumenten van Gods leiding en trouw. Ds. Brandsma heeft in het Jaarboek-1993 geschreven over zijn tijd.

Jeugd in de aula
Hier wil ik afzonderlijk aandacht aan besteden. Eerlijk gezegd, had ik er een hard hoofd in, toen ik las dat er een afzonderlijke middagbijeenkomst voor de jeugd zou zijn. Ik dacht: Zou daar wel iets van terecht komen? Daar ben ik in beschaamd. Meer dan tweehonderd jongelui vulden de aula! Na opening door ds. J. Oosterbroek, die sprak over Spreuken 1 (ook over de wijsheid) spraken achtereenvolgens prof. Peels, dr. H.J. Selderhuis en kand. B.A.Th. Witzier.
Prof. Peels: Een exegeet (exegese is Schriftuitlegging) heeft iets van een detective, van een kunstliefhebber en een dienstknecht. De detective zoekt het ontstaan van de tekst, de kunstliefhebber het bestaan en de dienstknecht het verstaan van de tekst. Je kunt bij de eerste het verstand noemen, bij de tweede het gevoel en bij de derde het hart. Bij het dienen, de boodschap, het hart, kom je uit. De mooiste studie is de theologie, en het mooiste vak is de exegese!
Dr. Selderhuis: Jongeren in de Reformatie - de Reformatie voor jongeren, dat betekent dat indertijd de reformatie voor de jongeren veel heeft betekend en omgekeerd. Ouders, vraagt uw kinderen maar wat dr. Selderhuis heeft verteld over „Kees en Annet" en over de „jonge broekies" Calvijn, Ursinus en Olevianus; wat hij verteld heeft over zekerheid over je geloof, over het zelf een bijbel hebben en over trouwen en samenwonen.
Kandidaat („zeg maar Arjan") Witzier vertelde humoristisch („We hebben ons vandaag speciaal voor jullie zo netjes aangekleed" - verdere grapjes zal ik niet vertellen) en ernstig over het student-zijn in Apeldoorn. Met hun vieren plus studente M. Brouwer vormden zij daarna een forum ter beantwoording van vragen.
Het was een buitengewoon levendig geheel. Apart vermeld ik, hoe prachtig het jongerenkoor zong - de anderen in de Grote Kerk niet te na gesproken - ook als het moeilijker stukken waren, krachtig, zuiver, heel mooi.

Sluiting
Ds. M. Vlietstra (naar hij zei als de oudste en als oude curator) sloot deze zo gunstig verlopen en gezegende Schooldag. Hij sprak nog over de psalmen, die we aan het eind zongen: Psalm 76 en psalm 79. In de eerste psalm is de vijand verslagen; in de tweede is de vijand binnengedrongen en is Jeruzalem een puinhoop geworden. En toch! Er mag ootmoedige verwachting zijn. Mogen we bij deze erkentenis van schuld door Gods genade terechtkomen bij: Zo zullen wij, de schapen Uwer weide, in eeuwigheid uw lof, uw eer verbreiden, en zingen van geslachten tot geslachten uw trouw, uw roem, uw onverwinbre krachten!
Nog een paar dingen.
Herdenken van Honderd jaar Universiteit betekent stilstaan bij hoogte- en dieptepunten, bij blijdschap en rouw. Drie namen klonken van docenten, die tijdens hun dienst in dit werk werden weggenomen: A. van der Heijden in 1927, F. Lengkeek in 1932 en J.P. Versteeg in 1987. Over dat laatste voelen wij nog altijd de pijn. Het betekent stilstaan bij zwakheid en kracht, bij schuld en vergeving, bij moedeloosheid en uitredding.
Het geheel levert een besef van ootmoed en kleinheid op, maar ook een blijde erkenning van Gods onbegrijpelijke trouw.
Verder: het Jubileumboek is een fraaie uitgave geworden. Op de dag zelf was het verkrijgbaar voor slechts ƒ 29,90; een prijs die mogelijk was doordat Deputaten-Financieel de uitgave subsidieerden. Terecht werd aanbevolen, van het boek een dankbaar gebruik te maken!
Tenslotte: het was een goede, tot dankbaarheid stemmende Schooldag. Ik hoop, dat de velen, die nu eens een keer gekomen waren, er zin door gekregen zullen hebben om vaker te gaan.
Een stimulerende dag, voor de hele Schoolgemeenschap, ook voor de kerken en de kerkleden. Niet ten onrechte werd telkens gezegd, wat aan de wortel van deze boom al gezegd is, en bij het opgroeien steeds herhaald is en nog wordt: de School is van de kerken, de kerken onderhouden de School, door gebed, liefde en gaven, en het gaat nooit om ons, maar om Gods Koninkrijk.
Een goede dag. Moed voor de kerk!

K. Boersma

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 september 1994

De Wekker | 16 Pagina's

Weer een stampvolle Loolaankerk - nu op 3 september

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 september 1994

De Wekker | 16 Pagina's