Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Geheimenis - Verborgenheid (IV)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geheimenis - Verborgenheid (IV)

In de brieven van Paulus (I)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Tekstmateriaal
Verscheidene malen spreekt de apostel Paulus in zijn brieven over het geheimenis. Ik noem een aantal teksten. Kenmerkend voor Paulus' gebruik van het woord geheimenis (of verborgenheid) is Romeinen 16:25-27. Het Evangelie, dat Paulus brengt, is de prediking van Jezus Christus. Paulus kan het Evangelie van Jezus Christus alleen prediken omdat het geheimenis nu geopenbaard is. Het is in alle eeuwen er aan voorafgaand verzwegen geweest. Al de eeuwen tot aan de komst van Christus hebben van dit geheimenis niet geweten. Daarvan is Paulus diep onder de indruk geweest. Hij noemt dit telkens weer. Zie 1 Corinthiërs 2:7: Paulus spreekt, als een geheimenis, de verborgen wijsheid van God.
In Efeziërs 3:8 en 9 roemt Paulus de genade, die hem te beurt is gevallen. Hij is geroepen aan de heidenen de onnaspeurlijke rijkdom van Christus te verkondigen. Hij mag in het licht stellen wat de bediening van het geheimenis inhoudt. Dit geheimenis is van eeuwen her verborgen gebleven in God, de Schepper van alle dingen. Door Gods genade is aan Paulus de bediening van dit geheimenis gegeven. Door openbaring is hem dit geheimenis bekend gemaakt, Efeziërs 3:3.
Paulus heeft van God een bijzonder diep en rijk inzicht ontvangen in het geheimenis van Christus, Efeziërs 3:4.
In vers 5 voegt hij er weer aan toe, dat het geheimenis van Christus in de tijd van vroegere geslachten niet bekend is geworden aan de mensen zoals het nu door de Geest geopenbaard is aan de apostelen en profeten.
Dit Evangelie, dat de uitdrukking en realisering van de tot nu toe verborgen wijsheid van God is in de geschiedenis, moet verkondigd worden. Daarom vraagt Paulus de gemeente om voor hem te bidden, dat hem bij het openen van zijn mond het woord geschonken worde om vrijmoedig het evangelie bekend te maken, Efeziërs 6:19. Paulus kan het Evangelie niet prediken zoals het behoort als hem niet de verlichting met de Heilige Geest wordt geschonken.
In Colossenzen 1:25-27 spreekt Paulus opnieuw over het geheimenis. Aan hem is de bediening door God toevertrouwd om in de gemeenten het Woord van God tot zijn volle recht te doen komen. Het gaat om het recht doen aan het geheimenis, dat eeuwen en geslachten lang verborgen is geweest, maar dat God thans geopenbaard heeft aan Zijn heiligen. God heeft willen bekend maken hoe rijk de heerlijkheid van dit geheimenis is onder de heidenen: Christus onder u, de hoop der heerlijkheid (Colossenzen 1:27).
In Colossenzen 2:2 spreekt Paulus van de zware strijd die hij heeft gevoerd voor de heiligen en hij noemt zijn strijd opdat de harten van de gelovigen getroost zijn en zij in de liefde verenigd worden tot alle rijkdom van een volledig inzicht en zij het geheimenis van God mogen kennen. Het geheimenis van God is Christus, in Wie al de schatten van de wijsheid en van de kennis verborgen zijn.
In Colossenzen 4:3 vraagt Paulus de voorbede van de gemeente, dat God een deur voor het Woord opene. Dan kan Paulus spreken wat hij moet spreken, namelijk het geheimenis van Christus.

Samenvatting
Vatten we de gegevens uit deze teksten samen, dan blijkt Christus de inhoud van het geheimenis te zijn. In Hem maakt God Zijn verborgen wijsheid bekend. De wijsheid van God is verborgen zonder geloofskennis van Jezus Christus. Zonder Christus is de verborgen wijsheid van God voor de mens ontoegankelijk.
Tot aan Christus is deze wijsheid inderdaad verborgen geweest. De kracht en de wijsheid van God zijn bekend geworden in Christus en wel in de gekruisigde Christus! Niet maar in Christus zonder meer, nee heel bepaald in het kruis van Christus. Gods Wijsheid heeft bepaald dat Jezus Christus en Die gekruisigd de weg tot het leven, de weg van God tot ons en van ons tot God is. Daarmee is de wijsheid van de mensen te niet gedaan en tot dwaasheid gemaakt!
Er is geen enkele verlossing en verlossingsweg buiten Jezus Christus en Die gekruisigd om. Geen enkele andere godsdienst in de wereld kent ware verlossing. Dat is scherp gezegd, maar we doen onrecht aan het bijbelse begrip geheimenis of verborgenheid als we het anders zouden zeggen. Hier mag door de gemeente van Christus niets worden toegegeven. De wijsheid van de mensen in het uitdenken van verlossing en verlossingswegen is door God in het kruis van Christus tot dwaasheid gemaakt.
De verborgen wijsheid van God is de tot aan Christus verborgen gebleven raad van God tot onze verlossing. God redt Zijn wereld door Christus en Diens offer aan het kruis. Christus is de hoop der heerlijkheid. Het geheimenis is een heerlijk geheimenis, vol van de liefde en de heerlijkheid van God. In Christus schittert Gods genade voor zondaren in kracht en heerlijkheid. God Zelf is de Bedenker en Uitvoerder van dit reddingsplan. Van eeuwigheid af heeft God Zijn wijsheid vormgegeven in dit verlossingsplan en in de uitvoering ervan in de volheid van de tijd.
Daarom is Paulus ook zo diep onder de indruk geweest van de genade die aan hem bewezen is, dat hij door God geroepen werd om dienaar en prediker van dit Evangelie te zijn. Daarom is ook het ambt van dienaar des Woords zulk een groot en rijk ambt. Dienaren moeten en mogen predikers van dit geheimenis zijn, in al zijn rijke en gevarieerde facetten. Wie nu aan deze wijsheid in het Evangelie van Christus en Die gekruisigd voorbijgaat in ongeloof, in handhaving van eigen wijsheid en inzichten, kiest voor de dood. Zo'n mens moet in de dood eindigen. En hij eindigt erin door eigen schuld.
De machthebbers van deze wereld kennen deze wijsheid niet. Hadden ze ervan geweten, dan zouden ze, zegt Paulus zelfs in 1 Corinthiërs 2:8, de Heere der heerlijkheid niet gekruisigd hebben.

Ook nu moet het geheimenis worden verkondigd en doorgegeven
Dit nu in Christus geopenbaarde geheimenis moet wereldwijd verkondigd worden. Prediking en evangelisatie behoren tot de uitvoering van dit geheimenis. Paulus verkondigt het. Hij spreekt ervan. Hij evangeliseert het en stelt in het licht wat de bediening van het geheimenis inhoudt (Efeziërs 2:8, 9). Hij maakt het openbaar (Colossenzen 4:4) en in 1 Corinthiërs 4:1 noemt hij zich een econoom, een beheerder van de geheimenissen van God. Voor zulke beheerders geldt de eis betrouwbaar te zijn.
De belangrijkste evangelisatie- en zendingstermen zijn dus juist verbonden aan het woord geheimenis. Daarom moeten wij, om missionaire gemeenten te worden en te blijven, steeds weer ons verdiepen in de betekenis en de overweldigende rijkdom van de inhoud van het geheimenis. De prediking heeft hierin een centrale plaats. Deze zendings- en evangelisatiearbeid was en is niet mogelijk als God ons Zijn verborgen wijsheid niet had geopenbaard. Nu Hij dat wel heeft gedaan, stelt het de kerk schuldig als ze geen uitdeler is van dit geheimenis, van het Evangelie tot redding van zondaren, die in de dood liggen en die zonder Jezus Christus onherroepelijk in de dood moeten eindigen.
Nadenkend over het bijbelse woord geheimenis komen we voor de ernst te staan van de studie en het doorgeven van het Evangelie. Die ernst moet elke prediker, iedere christen en elke gemeente op het hart gebonden zijn. Of om het met woorden van Paulus te zeggen: „Want wee mij, indien ik het Evangelie niet verkondig", 1 Corinthiërs 9:16.

Een volgende keer gaan we nader in op nog weer andere aspecten van het gebruik van het woord geheimenis of verborgenheid in het Nieuwe Testament.

Ter overweging:
1. Leest u nog eens de in het begin van dit artikel genoemde teksten in de Bijbel na en ga na wat u daarin treft. Schrijf dat eventueel op.
2. Waarom kunnen wij zonder openbaring van God het geheimenis niet kennen en inzien?
3. Waarom worden alle godsdiensten in de wereld, die Jezus Christus niet kennen en erkennen als Gods Zoon, geoordeeld in het licht van het bijbelse woord geheimenis?
4. Kunt u (oude en moderne) voorbeelden noemen van de wijsheid van de wereld (zie 1 Corinthiërs 1 vanaf vers 18) waar het gaat om de verlossingsgedachte?
5. Is iedere christen verplicht getuige van het Evangelie te zijn? Als u ontkennend antwoordt, waarom doet u dat?
6. Hoe geeft u persoonlijk en hoe geven wij in de gemeente waarvan wij lid zijn, gehoor aan het doorgeven van het Evangelie? Is de gemeente, waartoe u behoort, een evangeliserende gemeente? Indien u misschien nee moet zeggen, wat is dan uw taak in de gemeente in dit opzicht?

J. Jonkman

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 mei 1995

De Wekker | 16 Pagina's

Geheimenis - Verborgenheid (IV)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 mei 1995

De Wekker | 16 Pagina's