Moslim fundamentalisten
Ongeveer iedereen weet wel hoe ze eruit zien, de Moslim fundamentalisten: de mannen hebben een baard en een geweer of mitrailleur in de hand, de vrouwen dragen lange zwarte sluiers en hebben soms ook een wapen in de hand. Zo laten de media het ons zien. We kunnen denken aan Iran, waar Khomeini de Islamitische republiek heeft gesticht, aan Afghanistan, aan de Hamas beweging in de Palestijnse gebieden, aan de Hezbollah in Libanon, de Moslim broeders in Egypte, de radicale Moslim regering in Sudan, en het Islamitische Front in Algerije. En misschien hebben we ook wel eens het idee dat hier in Nederland van zulke figuren rondlopen. We weten dat ze de Islam met het zwaard of het geweer willen verspreiden en omdat ze steeds meer macht krijgen, zelfs in Europa, zijn velen in het Westen bang.
De term „fundamentalisme" werd oorspronkelijk gebruikt door conservatieve protestanten in Noord-Amerika, die zich aan het begin van deze eeuw teweerstelden tegen liberalisme en modernisme. Tegenwoordig wordt deze term „fundamentalisme" gebruikt voor met name religieuze bewegingen, die zichzelf beschouwen als de ware uitverkoren gelovigen. Zij beschouwen de omringende wereld als een bedreiging voor hun welzijn en proberen op radicale wijze de maatschappelijke situatie te veranderen, soms zelfs met gebruik van geweld en terreur.
Zo wordt de term „fundamentalisme" toegepast op Christelijke groepen als de Moral Majority beweging in Noord-Amerika, op Joodse groepen als de Gush Emunim met hun ideaal van het groot-Israël, en de radicale Moslim groeperingen. Alleen de laatste zijn vaak ook uitgesproken voorstanders van het gebruik van geweld om de tegenstanders uit te schakelen en het doel van de Islamitische staat te bereiken.
Een vraag die door velen wordt gesteld is: Hoe kan het dat deze radicale Moslim groepen zo groeien en steeds meer macht schijnen te krijgen? Is dit niet een groot gevaar voor de Christelijke kerk?
In de eerste plaats moet gezegd worden dat het Moslim fundamentalisme niet iets is van de laatste jaren, maar al heel oude wortels heeft. Naar eigen zeggen willen de Moslim fundamentalisten zich juist baseren op de oudste bronnen als de Koran en de uitspraken van hun profeet Mohammed, die leefde van ong. 570 tot 630 na Christus. En zoals uit deze bronnen blijkt, heeft hun eigen profeet ook dikwijls geweld gebruikt om zijn invloed uit te breiden. Ook het Christendom heeft wat het gebruik van geweld betreft geen schone handen, als we kijken naar de gewelddadige kruistochten in de Middeleeuwen, maar ook naar de Servische troepen van nu, die met de zegen van de kerk de strijd aanbinden.
Toch zijn deze praktijken met de Bijbel in de hand niet goed te praten en zelfs af te wijzen. Dit gaat echter niet op voor de Islam en de Koran, waarin juist wordt opgeroepen om de ongelovigen te bestrijden en Joden en Christenen te onderwerpen met behoud van enige rechten. Dit staat te lezen in het zogenaamde zwaardvers in de Koran (Sura 9). Het kenmerkende van de Islam is dat er geen scheiding wordt gemaakt tussen geloof en staatsmacht. Mohammed zelf was zowel religieus leider, als ook staatsman. Het bijzondere van de radicale Islam is dat deze Moslims geweld en moord goedkeuren, met name tegen machthebbers en regeringen, die in hun ogen alleen in naam Islamitisch zijn, maar niet de strikte Islam toepassen in alle onderdelen van de samenleving. Vandaar de harde strijd van vele radicale Moslim groepen tegen de in hun ogen afvallige regeringen in het Midden Oosten.
Het is opvallend dat een aantal van de gewelddadige wetspraktijken van deze radicale Moslims veel lijken op Oud-Testamentische wetten. Volgens de strikte toepassing van de Islamitische wet moet degene die afvalt van de Islam gedood worden (vergelijk Deuterononium 13). Dat dit in de Islam niet slechts theorie is blijkt, uit het recente (juni 1995) vonnis van een Egyptische rechtbank tegen een professor van de Universiteit van Cairo, die voor afvallig is verklaard vanwege zijn vrije opvattingen over de Koran. Maar ook de Moslim die Christus wil volgen kan dit oordeel verwachten. Vanwege deze wet staan vele bekeerlingen tot het Christelijk geloof bloot aan vervolgingen en moord.
Verder kent de Islam het principe van vergelding van leven voor leven, oog voor oog, tand voor tand. Dit komt overeen met de wet in Exodus 21:23- 25. En de heilige oorlog van de Islam om met het zwaard volken te onderwerpen schijnt wel te lijken op de tijd van Jozua waarin het volk Israël in een heilige strijd het land Kanaän op de Kanaänieten veroverde.
Het Jodendom heeft de Islam sterk beïnvloed. Er woonden namelijk in de tijd van Mohammed grote groepen Joden in Medina. In de Koran zelf wordt herhaaldelijk naar de geschiedenis van Israël en de wet verwezen. Toch gaat de Islam een geheel eigen weg met deze gedachten uit het Oude Testament. Alles wordt geconcentreerd op Mohammed en zijn boodschap. Hij wordt beschouwd als de brenger van de laatste en definitieve goddelijke openbaring. En deze openbaring in de Koran wordt beschouwd als de enig juiste wereldorde, waaraan iedereen zich moet onderwerpen.
De grote vraag is nu: Welke middelen mogen gebruikt worden om dit te bereiken? Het zwaard en doodslag of niet? Binnen de Islam is dit altijd een vraag geweest die verschillend werd beantwoord en het zal altijd door een deel van de Moslims op gewelddadige wijze worden beantwoord, omdat ook de Koran het geweld voor de zaak van Allah/God niet volstrekt afwijst. Christus heeft gezegd: Allen die naar het zwaard grijpen, zullen door het zwaard omkomen (Mattheüs 26:52). Christus wijst het geweld volstrekt af om het Koninkrijk van God uit te breiden. Daarom zolang er allerlei grove uitbuiting van Moslim groepen zal zijn door een rijke bovenlaag, zolang Moslim ouders zich bedreigd voelen door de slechte invloeden van het westen, zolang er grote werkeloosheid, woningnood en andere sociale problemen in Islamitische landen zullen heersen, zolang Moslim groepen een ghettobestaan in westerse maatschappijen leiden, zullen de radicale Moslims de wind mee hebben om aanhangers te vinden voor hun gewelddadige praktijken. Zolang zullen ook Christelijke gemeenschappen in Islamitische landen onder druk leven.
Gelukkig is het aantal extremistische Moslims in Nederland nog zeer gering en worden zij bovendien vaak door de andere Moslims gemeden. Toch kunnen kleine groepen soms grote invloed verwerven. Landen als Frankrijk, Duitsland en Groot-Brittannië hebben meer problemen met radicale figuren. Veel ernstiger is de situatie in een aantal landen in het Midden Oosten.
Wat is het wapen tegen deze gewelddadige Moslim groepen? Bidden en werken. Het gebed dat Christus hun hart zal bekeren. Want wie Christus werkelijk als zijn of haar Heiland kent, heeft vrede met God en zoekt de vrede voor de naaste. En we moeten werken in kleine en grote verbanden om de zaken hier op aarde eerlijker te verdelen, zodat iedereen een redelijk bestaan heeft.
Bovendien moeten we getuigen van Christus omdat Hij de enige Redder der wereld is. Aan het einde van onze wereldgeschiedenis zal iedere knie zich voor Hem buigen, ook die van de grote religieuze leiders en allen zullen Hem moeten erkennen als de Koning der Koningen en de Here der Heren. In dat perspectief moeten wij getuigen zijn van onze Here.
Apeldoorn, Berend-Jan Dikken
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 oktober 1995
De Wekker | 16 Pagina's