Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bijbelstudie over Efeziërs 5:1-21 (Bijbelstudie over Efeziërs 10)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bijbelstudie over Efeziërs 5:1-21 (Bijbelstudie over Efeziërs 10)

6 minuten leestijd

Dit gedeelte willen we benaderen vanuit een tekst, die het meest centraal staat: ontwaakt, gij die slaapt en staat op uit de doden en Christus zal over u lichten (vers 14). Twee dingen moeten elke morgen gebeuren: wakker worden én opstaan. Het een is soms nog moeilijker dan het ander. Dat is ook geestelijk het geval, want als je weer in slaap valt is het gevaar levensgroot. Dit gevaar ziet Paulus voor de gemeente. Hij wist wat de zwakke kant van deze gemeente was en heeft gewaarschuwd: waakt! (Hand. 20:31).

Achtergrond
Efeze, dat uit de doden verrees door Gods genade (2:5), is weer in de dood, temidden van de doden terecht gekomen. In slaap gevallen, terwijl men droomde dat men wakker was. Slapen kan een weldaad zijn (voor zwakke en zieke mensen), maar ook een misdaad, wanneer je moet waken. Er is in de gemeente verslapping opgetreden; later moet de Koning van de kerk zeggen dat Efeze haar eerste liefde heeft verlaten (Openb. 2:4). In een slapende kerk kan de duivel z'n gang gaan, is zonde geen zonde meer en is er geen zicht op het heil, ook geen heiliging. Als je ogen dicht zijn, zie je niets en als je slaapt hoor je niets meer. Is dat vaak niet het beeld van een/de gemeente? In slaap vallen geschiedt doorgaans langzaam en ongemerkt, maar het is wel een „vallen". Slapers dromen soms hardop, maar ze slapen wel. Paulus heeft niet voor niets gewaarschuwd en hoe vaak zijn wij, ook als gemeente, niet gewaarschuwd? Slapen we of zijn we wakker? Waarin slapen we als kerk(en)?

Oproep
Het is ronduit een wonder dat de Heere zo'n gemeente niet afschrijft, ook niet laat slapen, maar Zijn volk wakker roept. Er moeten twee dingen gebeuren wil de gemeente weer op haar plaats zijn: wakker worden en opstaan. Wat bedoelt de apostel hier? In vers 8 zegt hij dat men vroeger duisternis was, maar nu licht in de Heere, in 2:1, 2 en 5 dat men vroeger dood was, maar nu levend gemaakt, in 2:13 en 19 dat men in Christus Jezus is, in 4:20 dat men Christus heeft leren kennen, in 4:30 dat de gelovigen verzegeld zijn met de Heilige Geest. Is dit al met óns gebeurd? Zo niet: ontwaakt, gij die slaapt en staat op uit de doden. Maak er ernst mee! Zoals de verloren zoon opstond, nadat hij „wakker" was geworden, zo concreet moet het gebeuren. Doden zullen horen de stem van de Zoon van God en leven, lezen we in Gods Woord. Het kán! Maar Gods kinderen kunnen weer in slaap vallen en vast slapen. Dan moeten ze opnieuw en weer wakker geschud worden, wakker én opstaan uit het zondeleven. Dit wordt hier bedoeld. Men moet weer open ogen en oren krijgen voor... God, Christus, de Geest. Maar ook voor de listen van de boze, voor de zonde, die met name wordt genoemd in hoofdstuk 5. Lees de omgeving van vers 14 maar eens nauwkeurig en zie eens welke zonden met name worden genoemd. Trouwens, wakker worden en opstaan heeft nog veel meer rijke gevolgen, als we letten op wat er volgt in deze brief. Opstaan in een nieuw leven is: we kunnen dit lezen in 5:22 wat vrouwen betreft, in 5:25vv wat de roeping van de man betreft. Vaders worden aangesproken in 6:4, terwijl kinderen in 6:1 en 2 worden opgeroepen tot een nieuwe levenswandel. Zo volgen nog meer mensen. Allen moeten, wakker geworden zijnde, opstaan en de hele wapenrusting aantrekken, om de geestelijke strijd aan te kunnen en staande te blijven. Er is een opstaan tot de strijd des geloofs! (6:10-20).
Om op deze manier te wandelen in de liefde (5:2) en zo navolgers van God te zijn (5:1), ziende op Christus, Die Zich heeft overgegeven voor zulke mensen (5:2). Wie blijft slapen en blijft liggen kan niet vervuld worden met de Heilige Geest (5:18). Aan deze vervulling heb ik een heel hoofdstuk (met gespreksvragen) gewijd in mijn boekje „Geest en leven".
Vanuit liefde tot de gemeente roept de apostel hen (in)dringend op. Deze oproep is aan ieder van de leden van de gemeente gericht, zodat ieder persoonlijk verantwoordelijk is en aangesproken wordt.

Belofte
Wanneer kinderen blijven liggen, als ze geroepen worden, kan er een verwijt klinken: ik heb je al zo vaak geroepen. De Heere komt niet met een verwijt, maar met een belofte: Christus zal over u lichten. Christus, de Gezalfde, de Profeet, de Priester en de Koning. God kan het zo maar licht maken, maar Hij geeft dit in de weg van bekering, van opstaan. Als het donker(der) is in ons leven en als er veel slapheid is in de kerk, ligt dit niet aan God. De zonde maakt scheiding, maar wakker worden en opstaan brengt licht.
Lichten gaat het wanneer een nieuwe dag aanbreekt. Wanneer Christus over ons gaat lichten, komt er warmte in ons leven. Licht is leven en licht brengt groei. Gods vriendlijk aangezicht heeft vrolijkheid en licht voor alle oprechte harten. Wie blijft liggen, brengt duisternis over zich. Wie wakker wordt en opstaat, mag in het licht leven. Zie Hebr. 12:1,2. Het licht is er al, maar je deelt er pas in wanneer je je (ook als gemeente) metterdaad bekeert en uit het doodsleven en het doodse leven opstaat.
Zo komen we in de kerk de ingezonkenheid te boven. En spreken we niet tégen elkaar en óver elkaar, maar ónder elkaar. En hoe! Zie vers 19-21.

Gespreksvragen
1. Wat is moeilijker: wakker worden of opstaan? Ook geestelijk.
2. Hoe kunnen we in slaap vallen, zijn we in slaap gevallen en waar hebben we dan geen oog voor? In welk opzicht slaapt de kerk? Zijn we wakker op het terrein van de politiek, van het onderwijs, wat het geestelijk leven betreft, zowel gemeenschappelijk als persoonlijk?
3. Wat bedoelt Paulus met: wakker worden en opstaan? Gaat het hier om een eerste of om een voortgaande (dagelijkse) bekering?
4. Hoe kun je vervuld worden met de Geest? Betrek hierbij eventueel het laatste hoofdstuk van „Geest en leven".
5. Welke belofte ontvangt Efeze in 5:14 en wat houdt deze in? Hoe wordt deze vervuld?
6. Op welke manier spreken we onder elkaar? (vers 19-21).

Van Amstel

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 maart 1998

De Wekker | 16 Pagina's

Bijbelstudie over Efeziërs 5:1-21 (Bijbelstudie over Efeziërs 10)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 maart 1998

De Wekker | 16 Pagina's