Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een eeuwenoude opdracht...

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een eeuwenoude opdracht...

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

... en gij zult Mij een koninkrijk van priesters zijn... (Ex. 19:6) ... Gij echter zijt een koninklijk priesterschap... (1 Petr. 2:9)

Een eeuwenoude opdracht, tot op de dag van vandaag geldig. Gegeven aan Israël ruim 3500 jaar geleden, na de bevrijding uit de slavendienst van Egypte. Gegeven aan de gemeente van de Here Jezus Christus sinds de proclamatie van Zijn koningschap wereldwijd, 1965 jaar geleden.
Een „missionaire" opdracht. Deze opdracht geeft „zin" aan het bestaan van Israël en de gemeente van de Here Jezus Christus in de wereld, temidden van de volkeren. Rechtvaardigt hun bestaan!
Vanwege deze opdracht heeft de HERE Israël gedragen op arendsvleugels (Ex. 19:4). Daarom legt de HERE in Sion een uitverkoren en kostbare hoeksteen (Jes. 28:16): de Here Jezus Christus (1 Petr. 2:4).
Daarop worden ook wij aangesproken, wij „eens niet Zijn volk, nu echter Gods volk; eens zonder ontferming, nu in Zijn ontferming aangenomen" (1 Petr. 2:10).
Een privilege, een voorrecht om eens diep over na te denken. Het is zo snel een vanzelfsprekendheid om lid te zijn van de kerk, gedoopt te zijn en belijdenis te hebben afgelegd. Het is en blijft een wonder van Gods genade en verkiezing: in ontferming aangenomen! Waarom Israël, waarom ik? Heeft Israël enig recht, heb ik enige kwaliteit, enige verdienste om uit alle volkeren de HERE tot eigendom te zijn? (Ex. 19:5).
Het is een wonderbaar iets wanneer een zondig mensenkind uit de duisternis van zijn ik-gerichte en derhalve tot de ondergang gedoemde levensstijl, overgebracht wordt in het heilbrengend licht van leven, eeuwig leven zelfs, dat er is in de Here Jezus Christus: het kennen van de Vader en Jezus Christus, die Hij gezonden heeft. Een leven, vernieuwd door de Geest. Radicaal en... voor eeuwig. Iets om diep over na te denken.
Trouwens, raak je daar wel ooit over uitgedacht? Is het niet te wonderbaar om daar nu, in dit leven, ooit mee klaar te komen? Waarom Israël, waarom wij? Spurgeon sprak ooit over de zeven wonderen van genade. Het laatste wonder was hijzelf. Waarvan akte! Je blijft leven vanuit de verwondering. Heerlijk en verkwikkend wanneer mensen daarvan getuigen... En, dat brengt tot aanbidding!
Dat te beseffen geeft inhoud aan het priesterschap. Let wel: het is een koninklijk priesterschap. Priesterschap is het zelfstandig naamwoord. Daarop valt alle nadruk. Koninklijk is een bijstelling. Het zegt dat wij een koning hebben: de HERE, de Here Jezus Christus.
Priesters brengen offers, geestelijke offers zelfs. Dat ligt ons niet zo gemakkelijk. Wij zijn liever koningen. Wij regeren, bedisselen, beslissen, waarbij onze haan koning kraait. In het gezin, in de maatschappij en in de kerk.
De Here Jezus Christus is onze Koning. Hij regeert ons leven door „Woord en Geest" opdat wij priesters zullen zijn, tot het brengen van offers bereid. Dat is de kern van de opdracht voor Israël en ons in de wereld.
Voordat wij dat nu inhoud gaan geven naar ons inzicht en onze smaak, geeft de Here daaraan zelf de invulling, nl. om „de grote daden te verkondigen van Hem die u geroepen heeft uit de duisternis tot Zijn wondervol licht". Dat is de Here welgevallig, 1 Petr. 2:5,9. En het is zeer wijs om ons daaraan te houden. Niet wat ik belangrijk vind is doorslaggevend... Zijn we soms te veel bezig met onze smaak, onze behoeften aan een geestelijke kick, visie en religieuze behoeften? Het is maar een vraag! Aan een verkeerde inschatting van het priesterschap heeft Israël heel wat - onnodig?! - af geleden en de kerk erbij.
Gods grote daden verkondigen.
Dat is in de eerste plaats de lof van de HERE verkondigen in de gemeentesamenkomsten: de lofzang mag niet ontbreken. Noch in de psalmen, noch in de liederen. En concreet! Gods grote daden zijn geen vage zaken. Er is een heilsgeschiedenis van belofte en vervulling. Er zijn heilsfeiten van „geboorte tot de wederkomst" van onze Here en Heiland Jezus Christus: „Eeuwig woord U willen wij bezingen...". Er zijn ook Gods grote daden in het leven van een zondig mensenkind: de psalmen geven rijke stof. Verkondigen is ook vanuit de levenswandel laten zien dat de dienst van de Here een vreugdevolle dienst is. Psalm 100, 119 o.a. Is het geen vreugde: „Gij geheel anders want gij hebt Christus leren kennen"? Of is dat te overtrokken? Vergeet niet dat „levende" stenen, te gebruiken voor de bouw van dit geestelijk huis om priesterlijk deze geestelijke offers te brengen, gebouwd worden op de levende hoeksteen Jezus Christus. En daarmee staat of valt dit priesterschap! Amen, zegt mijn ziel daarop!

H.(Hilversum), J.H. Carlier

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 juli 1998

De Wekker | 16 Pagina's

Een eeuwenoude opdracht...

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 juli 1998

De Wekker | 16 Pagina's