Toekomstverwachting
De Bijbel vertelt ons dat mensen zonder God ook mensen zonder hoop zijn (Ef. 2:12). Ze hebben niet meer dan dit leven en deze wereld. De gevolgen laten zich raden. Hier en nu moet het dan ook allemaal gebeuren, je moet hier alles meemaken, meer is er immers niet. Tegenspoed en leed worden als zinloos ervaren. Een leven zonder God is beperkt en begrensd door menselijke mogelijkheden. Een mens kan wel hopen en iets verwachten, maar waar is de grond voor dat verwachten? De verwachting van de goddeloze vergaat, Job 8:13, daartegenover staat "Welzalig de mens wiens verwachting op de HERE is" (Ps. 146:5).
Gegronde verwachting
Dan is er verwachting voor de mens persoonlijk en voor Gods schepping, de aarde. Beide vinden we in Rom. 8. We treffen in Rom. 8 een zuchtende schepping aan, en Gods kinderen die reikhalzend uitzien naar de toekomst die ze uit Gods hand mogen verwachten.
Wie in onze tijd erop let hoe dieren als dingen worden behandeld en de natuur wordt misbruikt, herkent het zuchten zo maar. En in dat zuchten zucht ook de Heilige Geest mee. De toekomstverwachting van christenen is dan ook een gegronde verwachting. De Here God zelf werkt naar de grote toekomst heen. Het is niet ons bedenksel, niet ons luchtkasteel, het is Gods plan.
Steeds weer hebben Gods kinderen geleefd vanuit de verwachting. De Here Jezus zegt:" Abraham heeft zich er op verheugd Mijn dag te zien, en hij heeft die gezien en zich verblijd"( Joh. 8:56) en Hebr. 11 vertelt dat de aartsvaders de stad met fundamenten verwachtten.
Zoals er in de tijd van Simeon en Anna verschillenden waren die de verlossing van Israël verwachten en in hun verwachting niet zijn beschaamd, zo mogen wij opnieuw de komst van de Here verwachten.
De Here heeft het beloofd, en zo verwachten wij een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont. Gerechtigheid is daar blijvend, want alles zal immers vol zijn van de Here God. Zijn heerlijkheid zal alles vervullen zoals de wateren de bodem van de zee bedekken.
Die heerlijkheid is niet een zelfstandig begrip, nee de heerlijkheid straalt van de HERE zelf af en allen die in Zijn nabijheid leven mogen die heerlijkheid weerspiegelen.
Levende verwachting
Verwachten is een woord dat hoort bij Gods Kerk. Dat verwachten heeft verschillende aspecten. De kerk is de vergadering van mensen die al hun zaligheid van de Here Jezus Christus verwachten zegt de Nederlandse Geloofsbelijdenis art. 27 en in art. 37 wordt beleden met het oog op Jezus' komst in heerlijkheid: "Daarom verwachten wij die grote dag met sterk verlangen om ten vollen de belofte Gods in Jezus Christus, onze Here, te genieten".
Ondanks al deze belangrijke gegevens, heeft het dikwijls in de kerk ontbroken aan het beleven van de verwachting. We worden opgeslokt door het leven van alle dag, de carrièrejacht, de zucht naar luxe, de strijd om je te handhaven, je meegenomen worden in het genot zoeken in deze wereld. En zo valt er meer te noemen.
Het was dikwijls maar een rest in het volk Israël dat de HERE bleef verwachten. En ook nu leven velen aan de verwachting voorbij. Wie niet meer verwacht, leeft werelds, heeft geen oog meer voor God. We kunnen nog druk in de weer zijn met het in standhouden van allerlei kerkelijke en christelijke zaken, maar het gaat om de HERE Zelf. Dan is de HERE ook Zelf betrokken in onze activiteiten, we verrichten ze voor Zijn aangezicht en onder de spanning van Zijn naderende komst. Het uitzien en verwachten van de grote dag maakt ons dus niet lui en ongeïnteresseerd, nee integendeel het maakt ons waakzaam.
Bekend is de uitspraak: "Als ik wist dat morgen de Here komt, plantte ik vandaag nog een boom." We verwachten immers geen 'luilekkerland' maar de Here. De eer en de heerlijkheid der volken zullen in het nieuwe Jeruzalem gebracht worden (Op. 21:26).
Het zal erom gaan dat we in alle opzicht de Here verwachten. Aan het begin van de kerkdienst mag het klinken "Onze hulp en verwachting is van de HERE-." In die woorden breken we door grenzen heen, er openen zich ongedachte mogelijkheden, en er ligt vaste grond onder onze verwachting. Ons gebed mag zijn "Houd ons gemoed voor U bereid opdat het blij Uw komst verbeid'"
Aan het slot van het boek Openbaringen lezen we de woorden van de Here Jezus: "Ja, Ik kom spoedig" Door en met de Heilige Geest mogen we antwoorden: "Amen, kom Here Jezus !
Ridderkerk, J. van Dijken
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 februari 2001
De Wekker | 16 Pagina's