Liefde, geloof en overwinning (1 Joh. 5:1-12)

Liefhebben is alomvattend
Ons liefhebben, zo tekent Johannes aan, omvat God Zelf. Wij hebben Hem lief! Ook al wat van God is, zoals zijn geboden. Maar dan hebben wij ook Hem lief, die uit God geboren is: zijn Zoon. En liefhebben zet zich om in daden. Zo geloven wij in God en in zijn Zoon, vertrouwen op hun genade en verlossingswerk. Zo doen en bewaren wij ook zijn geboden. Zo hebben wij ook lief allen die dezelfde God toebehoren: zijn kinderen, die als wij uit Hem geboren zijn.

De gelovigen zijn aan God en elkaar verbonden in een alles omvattende gemeenschap van leven en daden van liefde. Hun leven wordt er door gekleurd en beheerst. Dat mogen we met innerlijke vreugde bij onszelf waarnemen: wij hebben God en onze medegelovigen lief en richten ons doen en laten naar zijn geboden!

Liefhebben is geloofswerk
Liefde zet ons aan het werk. Gelovigen gaan aan de slag.
Allereerst zijn we in actie om het boze drijven in de wereld te overwinnen. We geven niet toe aan zondige impulsen. We laten ons niet inpalmen door welke antichristelijke leer en propaganda ook. En dat is een gezamenlijke opstelling. Het is de opstelling van het geloof waarvan Johannes als inhoud aangeeft: dat Jezus de Zoon van God is. Hier weer een teruggrijpen op de gnostische dwaling, die toen behoorlijk de ronde deed en in de gemeenten van Klein Azië trachtte binnen te sluipen. Daarmee hingen allerlei onchristelijke levenspraktijken samen zoals minachting van ons dagelijkse leven en onverschilligheid tegenover dit leven in zijn concrete gestalten op moreel en seksueel gebied.

Vervolgens zijn wij actief in het geloven in het getuigenis van God omtrent zijn Zoon nl. dat God ons eeuwig leven heeft gegeven in Hem. Dit getuigenis van God is meer, vaster, betrouwbaarder dan welk ander getuigenis onder ons mensen ook. Het is het getuigenis van de Geest, die de waarheid is. Hij spelt ons maar niet iets op de mouw. Dit getuigenis ligt verankerd in het tweevoudige drietal getuigen. Bestaat naar joods-bijbelse instelling alle woord bij drie getuigen, hoeveel temeer bij een tweevoud daarvan. In en vanuit de hemel klinkt een drie-enig getuigenis: van de Vader, het Woord en de Heilige Geest. Dit staat in Johannes 5 tussen haken. Het is de vraag, of het wel helemaal authentiek, oorspronkelijk is. Het is in elk geval wel bijbels gefundeerd. De Vader heeft bij de doop van de Here Jezus door Johannes getuigd. Want er kwam toen een stem uit de hemel, die sprak: 'Gij zijt mijn Zoon, de geliefde; in U heb Ik mijn welbehagen' (Mrk. 1:11, vgl. Mt. 17:5). Het Woord, de Zoon (zie: Joh. 1:1vv) heeft getuigd door zijn komst door water en door bloed. Ook de Geest van Pinksteren getuigt van de redding en overwinning in de Zoon. Maar ook zijn er drie getuigenissen op aarde. Daar is de Geest, die door de prediking het pleit voert voor Jezus de Redder van God voor zondaren. Vervolgens is er het water en het bloed. Het water kan zowel slaan op het geboren als ook op het gedoopt worden van de Here Jezus. Het bloed spreekt vanaf het kruis zijn overtuigend woord van verlossing en overwinning mee. Dit is het getuigenis van God, dat Hij van zijn Zoon getuigd heeft. Wie durft dit goddelijk, oervaste getuigenis in de wind te slaan en er geen vertrouwen aan te hechten! Wie dat wel doet, overwint de wereld.

Liefhebben doet leven
Dit geloven en liefhebben verbindt aan de Zoon, en de gemeenschap met Hem houdt in het leven, het echte leven, het leven in de vrede met de hemelse Vader.
Hier ligt metterdaad de cesuur, de scheiding. Wie de Zoon heeft, heeft het leven, wie de Zoon niet heeft, heeft het leven niet, heeft de Vader niet, heeft de Geest niet, heeft geen verzoening en geen overwinning. Die is nog in de dood, in het duister, in de wurggreep van de boze, onder de toorn van God. Die heeft hier geen vrede en krijgt straks op de 'dag des oordeels' geen vrede!
Als Johannes dit schrijft, is dat ten diepste de oproep: Buig voor Christus, Gods Zoon, dan alleen is het goed.

Discussievragen

1. Waarom is de liefde zo alles omvattend, zo totalitair?

2. Liefhebben en werken horen bijeen. Kunt u aangeven, waarom dit geen 'werkheiligheid' kweekt, geen verdiensten aanbrengt en geen gerechtigheid voor God bewerkt?

3. Als vers 7 zou ontbreken, zou daarmee ons belijden van God, dat Hij drie-enig is, vervallen?

4. Waarom acht Johannes het nodig te wijzen op drie getuigen in en vanuit de hemel en drie getuigen op de aarde?

5. Is het noodzakelijk, dat in de prediking vandaag duidelijk en concreet wordt aangegeven, waar het onderscheid ligt tussen wie wel en niet gelooft, dat er dus 'onderscheidenlijk' wordt gepreekt?

T. Brienen
(Dr. T. Brienen is emerituspredikant en woont in Hoogeveen)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen