Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Psalmen voor Nu

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Psalmen voor Nu

9 minuten leestijd

Niet in elke kerkdienst worden psalmen gezongen. Je ziet zelfs een verschuiving van door God geïnspireerde psalmen naar door mensen gemaakte liederen. Alleen aan de rechterkant van de gereformeerde gezindte zingt men vrijwel uitsluitend psalmen, zij het in verschillende berijmingen. In rooms-katholieke kerken treffen we het zingen van psalmen in het geheel niet aan evenals in vrijzinnige kringen. En ook de evangelische stroming heeft geen weet van de rijkdom van de psalmen. Men leeft uit en met een heel ander liedpatroon. In het boek dat voor me ligt wordt gesteld: Vooral de evangelische liedcultuur wint sterk terrein, omdat die wortelt in de popmuziek waarmee de gemiddelde Nederlander tegenwoordig opgroeit.
We ontdekken dat sommigen een hekel hebben aan de psalmen of is er alleen weerzin tegen de melodieën ervan, die doorgaans worden gebruikt? Dan zou men de psalmen eens moeten horen hoe deze in Israël worden gezongen. Trouwens, in een nog niet zo lang geleden verschenen bundel psalmen is aan vele een melodie gegeven van een meer of minder bekend lied. En wat opvalt is dat ds. Troost, die zoveel liederen heeft gemaakt, voor een belangrijk deel gebruik maakt van psalmmelodieën.
Er is een initiatief ontstaan om weer en meer gebruik te maken van psalmen, vooral in de erediensten. In één woord kun je dit een nobel streven noemen. Want in de Psalmen openbaart God Zich. Al moet er meteen bij worden gezegd dat het dan niet direct gaat om berijmingen ervan. Wat dat betreft zing je onberijmde psalmen nog wel het meest bijbelgetrouw.
Het team van Psalmen voor Nu werkt aan een nieuwe psalmberijming in eigentijds Nederlands, zoals men aangeeft, op nieuwe melodieën in de traditie van de lichte muziek van de afgelopen halve eeuw, zoals men erbij vermeldt.
De doelgroep waarop men zich richt bestaat uit mensen die zijn opgegroeid met popmuziek, waarvan men (wellicht te positief) beweert dat het best wel eens zou kunnen zijn dat deze groep bestaat uit het grootste deel van kerkgaand Nederland. In ieder geval is men ervan overtuigd dat je kerkgangers trekt met de (voluit eigentijdse) inhoud van de psalmen, niet met de vorm.
Men is daarom van mening dat in principe elk soort muziek gebruikt kan worden die tekstgericht is en die met een groep gezongen kan worden. ‘House of trance is ondoenlijk, omdat voor nummers in dat genre de tekst van psalm 17 al aan de lange kant is. Rap is wel degelijk tekstgericht, maar met een gemeente van vijfhonderd mensen een nummer rappen, is een heikele onderneming’, zo geeft men weer.
Wat is nu het resultaat van drie jaar lang bezig zijn met dit project? Men legt daar verantwoording van af in een bundel, die samen met een cd verschenen is bij Boekencentrum. Daarin treffen we een zestiental liederen aan, die opnieuw ‘gedicht’ zijn en waarvan men zelf stelt:
‘De diversiteit van de psalmen leidde tot een breed scala van muziekstijlen – de eerste cd is daar een goede illustratie van. Psalm 4 is een rustige luisterpop, psalm 6 is bijna een smartlap, psalm 9 een stevig rocknummer, psalm 12 leunt tegen de jazz aan – afijn, enzovoort tot de canon van psalm 136 en de ragtimepsalm 147.’ (citaat)
Men merkt wel eerlijk op dat de kerklieddichter Willem Barnard gruwt bij het idee van psalmen op popmuziek!

Ambities
Het team van Psalmen voor Nu spreekt van een drietal ambities:
1. We willen een nieuwe psalmberijming maken, zodat jonge mensen die in hun kerk nog psalmen zingen weer begrijpen waar die psalmen over gaan en ze mee kunnen zingen op een melodie die dicht bij hun eigen muziekcultuur staat.
2. De vernieuwing van de liturgische muziek zet door, in bijna alle uithoeken van kerkelijk Nederland. Maar een compleet psalmboek is slechts voorhanden in de muziektraditie van het zestiende-eeuws Genève. Kiezen voor een andere muziektraditie betekent haast onvermijdelijk: geen of minder psalmen zingen. Wij geloven dat een kerk die de psalmen verliest, een verlies lijdt dat met geen rijkdom aan andere liedteksten helemaal is te compenseren. (Cursivering van JVA) Daarom willen wij de psalmen beschikbaar stellen in een nieuwe muziektraditie.
3. We willen dat onze psalmen ook mensen kunnen aanspreken die niets van de bijbel, de kerk en het christendom afweten. Psalmen voor Nu moet een aansprekende kennismaking met het geloof kunnen zijn.
Wat de typografie betreft sluit men zich aan bij de Nieuwe Bijbelvertaling, zodat men voor Jahwe de Naam HEER gebruikt, al zal men met een rustig gemoed ook HERE schrijven als dat zo uitkomt. Het hoofdlettergebruik is helaas ook conform de NBV. De achtergrond daarbij is, zegt men, dat in de grondtaal ook geen hoofdletters worden gebruikt. Men zoekt eenheid in vertaling en berijming, streeft naar modern Nederlands, niet naar mode-Nederlands. ‘Het meest zal in het oog springen dat de taal van de berijming ontdaan is van kerk- en kanseljargon, en van onnodige oubolligheden’, schrijft men.
Men schroomt niet om waar de grondtekst ruimte biedt voor een berijming, die ook nieuwtestamentische perspectieven opent (een gedachte die al jaar en dag onder ons wordt voorgestaan) een plaats te geven. Als dan met name Psalm 22 wordt genoemd zie je dit niet verwerkt in de aangeboden tekst.
Men sluit nauw aan bij Fokkelman, zoals men keer op keer laat weten en dat spreekt voor zich. ‘De hebraïci, berijmers en componisten van Psalmen voor Nu maken allemaal deel uit van een christelijke gemeente, van welke denominatie dan ook, en hebben bij het berijmen die christelijke gemeente in het vizier.’ We komen dan ook namen tegen van leden van de kerken waartoe wij behoren. Meestentijds zijn het jongeren, zoals meer dan eens blijkt bij de uitleg die ze geven van hun keuzen.

Teksten
In dit boek worden de volgende psalmen herdicht en van een nieuwe melodie voorzien: 4, 9, 15, 22, 28, 53, 57, 73, 84, 90, 121, 130, 131, 136, 142, 147.
Zonder op elk van deze bewerkingen in te gaan, geldt in het algemeen dat er weinig overblijft van berijmingen. Men gaat over het algemeen zeer vrij om met het begrip berijming.
Het lezen van de teksten maakt op mij de indruk na dat je met meer overtuiging kunt kiezen voor de onberijmde tekst, al valt het dan helemaal niet mee deze van een melodie te voorzien, als je niet bij het gregoriaanse terecht komt. Misschien dat de teksten van Ria Borkent nog het meest voldoen aan het begrip berijming. Haar woordgebruik roept echter nogal wat vragen op.
Wie spreekt nu van ‘de kans’ om te zingen bij Psalm 84 en wie heeft het over onder de pannen zijn bij God, wanneer het gaat om een tempellied? Ik heb moeite met wat zij in Psalm 147 zegt dat God slechteriken in het zand laat bijten en vooral met dat Hij niet blij wordt van spierballengeweld. Dat het Woord van God rent als een sprinter vind ik een misplaatste uitdrukking. Als Rien van den Berg in Psalm 9 van God zegt dat hij een rechterstoga aandeed, is dit niet het beeld van de psalm van toen. In dezelfde psalm laat hij God opstaan met ‘venijn’. Dat kán toch niet? Wat gezegd wordt over de verlating van Jezus door God, waarnaar Psalm 22 verwijst, is de opmerking misplaatst, wanneer in de uitleg staat: Daar kan ik niet zoveel mee. Gesuggereerd wordt dat God onpraktische antwoorden geeft.
Menno van der Beek geeft in Psalm 90 vier keer ‘toorn’ met ‘woede’ weer. Ik weet dat dit vandaag vaker gebeurt, maar naar mijn overtuiging kan en mag je niet spreken van de woede van God of dat Jezus woedend is. In woede zit iets van zonde en zoiets is niet aan God toe te schrijven. Met eerbied spreken over de Heilige past ons.
Als Rien van den Berg in Psalm 121 van God zegt dat Hij (hij volgens NBV) niet is ingedut en niet dommelt, vind ik dat niet in overeenstemming met wat Hij ons hier bekendmaakt.

Beluisteren
Bij het boek met de 16 psalmen is een cd geleverd, zodat we ook kunnen nagaan hoe deze psalmen nu klinken. Laat ik beginnen met Psalm 121, waarbij de musicus de opdracht kreeg dat het pop moet zijn, meezingbaar en herkenbaar. Het laatste is vrijwel gelukt, want de ons bekende melodie van deze psalm klinkt er voor een deel in mee en komt zo terug.
Wat Psalm 57 betreft moet gezegd worden dat de melodie joods aandoet. Dat heeft iets.
Psalm 130, die een vrij goede berijming ontving, laat iets rustigs horen vanuit de diepte, al kan ik me voorstellen dat het wachten op God, dat vergeleken wordt met het uitzien van de wachters, sterker had kunnen klinken.
Bij de melodie van Psalm 147 wordt uitgelegd: ‘De melodie moet herhalend en simpel zijn. De sfeer en stijl moeten het feestje laten knallen.’ En even verderop lees ik: ‘Harmonisch stikt het van de dixielandclichés en turn-aroundjes. Om een lekkere feel te krijgen, is het mooi elke achtste een akkoord aan te slaan op de gitaar, of ragtime op de piano te spelen.’
Als ik het geheel op me in laat werken dan heeft het iets slepends. Het klinkt allemaal zo eentonig en maakt me vooral enigszins mismoedig. En dat terwijl diverse psalmen vanuit de Geneefse traditie zoveel meer hebben. De voorbeelden van de hier voorgestelde psalmen liggen voor het grijpen.
Ik zie nog niet welke winst er in zit om deze psalmen in de eredienst te gebruiken. Eerder zal een groot deel van de gemeente de psalmen in deze uitvoering niet waarderen en ze ook niet meezingen. Afgedacht of deze stijl nu wel kerkstijl is.
Bij tal van liederen die gemaakt worden, letten de musici op de kerktoonsoort, ook vanuit pedagogisch oogpunt. De kinderen moeten de goede toon te pakken krijgen. Om op hoge toon te zingen.
Wanneer de psalmen in deze uitvoering een aantal gospelliederen zouden vervangen is er wellicht wat de tekst betreft winst te boeken, daar niet elk gospellied even bijbels is.
Voor mijn gevoel landen de gepresenteerde 16 psalmen, met de ondertitel ‘totdat het veilig is’ niet. Juist nu in een aantal uitzendingen popmuziek langzamerhand ingewisseld wordt voor meer klassieke muziek kan de waardering voor de ons bekende melodieën van de psalmen wel eens stijgen. Ze zijn karakteristiek en daarom niet zo snel vervangbaar.
Wel dienen we te beseffen dat melodieën op zichzelf niet heilig zijn. Dat geldt wel de onberijmde tekst, waardoor de HEERE tot ons spreekt. Want de psalmen vertolken niet alleen wat in het hart van de kinderen van God leeft en wat de gemeente gelovig zingt. De psalmen zijn vooral en in de eerste plaats openbaring van God.
Daarom vragen deze een vormgeving die past bij de stijl van het koninkrijk van God.

Rien van den Berg e.a., Psalmen voor Nu, met CD van deze psalmen, Boekencentrum, Zoetermeer 2005, 99 pagina’s, ISBN 90 239 1804 5

J. Van Amstel
(J. Van Amstel is predikant te Ede)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 mei 2005

De Wekker | 16 Pagina's

Psalmen voor Nu

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 mei 2005

De Wekker | 16 Pagina's