Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Triest of troost?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Triest of troost?

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Want ik zal rouw bedrijvende tot mijn zoon in het graf neerdalen. Gen. 37: 35

We zijn aanwezig op een condoleantie. Soms heeft een condoleance iets van vreugde. Er kan wel eens een geur van Christus heersen in een rouwcentrum. Er mag dan, ondanks het gemis en het verdriet, met dankbaarheid teruggezien worden op een leven, waarin het getuigenis van Christus gehoord mocht worden.
Maar hier op bezoek bij vader Jakob is geen troost te bieden noch te ontvangen. Een geliefde zoon is hem ontnomen. De ware toedracht is hem onbekend. Gezien de bloedsporen die op het pronkgewaad van zijn zoon gevonden zijn is het Jakob wel duidelijk. Een boos dier heeft hem verscheurd. Ook zonder DNAproeven is de zaak duidelijk.
De huichelende 10 zonen laten hem praten en zijn schijnbaar zo onder de indruk van het gebeuren, dat ze niet weten wat ze zeggen moeten. Jakob horen we getuigen dat hij tot aan zijn dood rouw zal bedrijven.
Het is allemaal best te begrijpen met die rouw.

Wat ontbreekt er?
Eerlijk gezegd, zouden we wat anders verwacht hebben. We horen geen woord over God en ook niet dat Jakob het bij de Heere zoekt. Dat hadden we toch echt wel verwacht. We missen eigenlijk twee dingen op deze condoleance.
U zegt: laat eens horen! Ik ben benieuwd.
In vers 11 van hoofdstuk 37 lezen we dat hij de woorden van Jozef met betrekking tot de dromen bewaarde. Hij begreep dat het dromen waren waarin God een openbaring had gegeven. God is bezig met Jozef en hij heeft wat met hem voor met het oog op de toekomst.
Net als we later lezen van Maria, bewaarde ook Jakob deze dingen in zijn hart.
Maar als nu de jobstijding gebracht wordt van het gescheurde kleed, dan merken we niet dat Jakob terugdenkt aan die dromen van Jozef en dat hij van daaruit pleit op Gods beloften. Van zijn grootvader hebben we wel anders gehoord, toen hij heenging om Izak te offeren. We horen dat hij overlegde dat God machtig was hem uit de dood terug te brengen (Hebr. 11). Abraham klemde zich wel vast aan de belofte van God. Hij wist dat God getrouw was aan Zijn belofte.
Dat horen we hier bij Jakob niet, hoewel hij een kind van God was. Geen worstelen met de belofte van God, er is alleen rouw en verdriet.

Onbuigzaam
Er is nog iets en dat is het tweede dat opvalt en wat we missen bij Jakob, dat is dat hij niet buigt onder God. Dat hebben we al eerder van hem gehoord, want toen Jozef de dromen verteld had en vooral die tweede droom, waarin Jakob zelf een rol speelde, toen heeft ook Jakob afwerend gereageerd. Jozef denkt toch niet dat ook zijn vader voor hem zal buigen? Nee, daar dacht Jakob niet aan, dat was echt teveel van het goede. Hoe kon Jozef nou zoiets dromen? Jakob verzet zich tegen het feit dat hij zou moeten buigen. Ook nu, in de tijd van rouwbeklag zien we hem niet buigen onder God.
Toch zal hij dat moeten leren. Hoe? Daar is God mee bezig door Jozef te laten gaan naar Egypte. De broers van Jozef prakkiseerden er helemaal niet over om voor Jozef te buigen. Geen haar van hun hoofd die daaraan dacht.
Nee, in de put met hem en tenslotte verkopen ze hem aan Ismaëlitische kooplieden.
Onbuigzaam is het hart van de mens, sinds de zondeval. Maar God is op weg met Jozef om zijn vader en zijn broers te leren buigen. Straks zullen ze komen en buigen voor hem neer. Laten we niet vergeten dat Jozef dieper gebogen heeft dan zijn broers. Gebogen voor God, heel diep in de put en in de gevangenis. Hij had niets meer om zich op te beroemen.
Door die weg heeft God hem verhoogd en hem als een middel gesteld om het volk van Israël in het leven te behouden.

Type van Christus
We zien toch wel dat Jozef op een grootse wijze een type van Christus is?
En wij? Zijn wij niet de antitypen van Christus? Ook wij wensen niet te buigen, evenmin als de broers en de vader van Jozef! Maar evenals zij, zullen ook wij dit dienen te leren. Hoe? Door Christus alleen. Wat moest Christus gaan door een weg van diepe vernedering als Man van smarten. Wat heeft Hij gebogen voor Zijn God. En de vrucht? Dat is dat wij heel diep buigen aan Zijn voeten, als we door Gods Geest met Hem verbonden worden in een oprecht geloof. Gewillig buigen doen we alleen uit Christus.
Gods Geest past ons de nederigheid van Christus toe. Sprak Christus niet: leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart?
Diep, diep aan uwe voeten, o Heiland, kniel ik neer. Als de meerdere Jozef komt Hij ons tegemoet met het hemelse manna. Hij is gekomen opdat wij leven zouden hebben en overvloed.
Later werd Jakob echt getroost toen Hij Jozef om de hals viel. Zo worden wij getroost als wij Christus omhelzen. Zo halsstarrig wij eerder waren, zo buigzaam worden we dan. Komt buigen w’ons dan biddend neer.

A.K. Wallet
(Ds. A.K. Wallet is predikant te Naarden)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 juli 2005

De Wekker | 16 Pagina's

Triest of troost?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 juli 2005

De Wekker | 16 Pagina's