Van ophouden weten

Vakantie vieren
Wanneer deze Aanzet verschijnt, is de vakantie in volle omvang vaardig geworden over ons land. Ook de laatste schoolregio deelt nu in de algemene ‘ijdelheid’ die B.V. Nederland kenmerkt in deze zomermaanden. Het is boeiend eens na te gaan hoe het ‘vakantie vieren’ zich ontwikkeld heeft vanaf de opbouwperiode na de Tweede Wereldoorlog. Arbeiders kregen toen voorzichtig eens een ‘dagje’ vrij. Vandaar de wat denigrerende uitdrukking voor ‘dagjesmensen’ die toen gesmeed werd. Lang vervlogen is de tijd waarin vakantie in dagjes werd afgemeten. Hoewel – wie om wat voor reden dan ook geen betaald werk heeft, is niet zelden genoodzaakt de vakantietijd in soberheid thuis door te brengen.
Vakantie komt van het Latijnse woord vacatio, dat het vrij zijn van iets aanduidt, vooral vrijstelling van militaire dienst. Die klank heeft het in onze taal toch ook wel: vakantie is vrij zijn van plicht, van dienst, van het keurslijf van het leven. Eigenlijk is dat een negatieve manier van aankijken tegen onze arbeid. Misschien verraadt het dat we, meer dan we voor waar houden, slaaf zijn geworden van ons werk. Hebben we ons in slavernij laten voeren door werkgever of hypotheek? Zijn die onze slavendrijvers geworden? Of hebben we de slavernij gezocht, door ons uit te leveren aan het werk, door de illusie te voeden dat onze arbeid onmisbaar is?

Sabbat vieren
Een mooier woord dan vakantie, met zijn Romeinse achtergrond van plicht en dienst, vind ik het woord sabbat. Deuteronomium 5: 15 verbindt het sabbatsgebod nadrukkelijk aan de bevrijding van Israël uit Egypte. Het leven in dienst van de God van Abraham is geen slavenbestaan! Dat leven doet een mens juist opademen in bevrijding. God is zo goed dat Hij Zijn volk rust laat vinden en zich laat verheugen in Zijn dienst. Dat mag ook de zondagsbesteding van de christelijke gemeente kleuren: sabbat houden op basis van de rust die Christus heeft verworven. De catechismus doet in zondag 38 een gouden greep door bij de uitleg van dit gebod op te merken dat het erom gaat te rusten van mijn boze werken en zo in dit leven de eeuwige sabbat aan te vangen. Inderdaad: ‘Er blijft dus nog een sabbatsrust over voor het volk van God’ (Hebr. 4: 9). Gezegende vakantie!

P.L.D. Visser
hoofdredacteur@dewekker.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen