Geknutsel aan de preek

Beter regelen
Als God niet aan het Woord komt, is er ook geen kerkdienst. Maar ook als er geen predikant is, er kan best een kerkdienst zijn als er een preek gelezen wordt. De leesdienst staat niet altijd zo hoog in aanzien en ambtsdragers staan ook niet altijd te juichen om de leesdienst te doen. Toch, los daarvan is het preeklezen toch een mooi instrument om het Woord van God te laten horen als er geen dominee is. Vanzelfsprekend worden aan leespreken dezelfde eisen gesteld als wanneer er een predikant zou zijn, en daarom gaat de vraag in het reglement voor de kerkvisitatie er vanuit dat alleen preken van tot het kerkverband behorende predikanten gelezen worden. Dat is om de kwaliteit, maar vooral de inhoud van de boodschap te bewaken. Die kwaliteit moet ook in de gelezen preek aanwezig zijn en de prekenserie die we daarvoor hebben, probeert die kwaliteit te bewaken. De genoemde vraag bij kerkvisitatie wordt gesteld in vacante gemeenten, wat vreemd is, want ook in niet vacante gemeenten wordt wel eens een preek gelezen. Vreemd is ook dat de vraag een kerkordelijke regel veronderstelt, die niet in de huidige kerkorde staat. Vreemd is ook dat blijkbaar alleen CGK-preken gelezen mogen worden, terwijl tegenwoordig predikanten uit een grote variatie aan kerkverbanden bij ons mag preken. Je mag geen GKV- of HHK-preek lezen, tenzij de maker van de preek hem zelf komt houden. Volgens mij moeten we rap eens helderheid verschaffen over hoe we het preeklezen geregeld willen hebben.

Home-made
Erger is het verschijnsel dat preeklezers zelf aan preken gaan knutselen en dan bedoel ik niet taal en stijl of aanpassing van een voorbeeld, maar inhoudelijk schrappen en toevoegen. Dat zal goed bedoeld zijn, maar volgens mij is het al illegaal om zonder toestemming in teksten van anderen te gaan wijzigen en die tekst dan wel onder de naam van die auteur publiek te maken. En dan nog ook nog durven zeggen dat de gelezen preek van die en die dominee was! En zelfs als je zegt dat je hier en daar wat veranderd hebt, wil ik als gemeentelid (en eventueel als de maker van de preek) wel graag weten wat van de dominee was en wat de preeklezer er zelf bij bedacht heeft. En ook waar de preeklezer zo snel de expertise vandaan haalt om stukjes preek te schrijven. Het gaat wel even om verkondiging van Gods Woord, toch? Veronderstel dat uitdrukkingen of passages in de preek vragen oproepen en het niet meteen helder is wie daarvoor verantwoordelijk is? Lees gewoon de kant-en-klare preek. En wie liever zelf preken maakt, is in Apeldoorn hartelijk welkom.

H.J. Selderhuis
Prof.dr. H.J. Selderhuis is hoogleraar kerkgeschiedenis en kerkrecht aan de TUA

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen