“Uw Woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad.”

Rondhollen in het donker

Francis en Edith Schaeffer beschrijven in hun boek “Nu kan iedereen het weten” de wereld als een donkere kamer waarin mensen rondhollen, terwijl ze niet weten waar de meubels staan. Dit levert onvermijdelijk blauwe plekken, botbreuken, brandwonden, of in ieder geval veel pijn op.

Rondhollen in het donker, daar lijken veel mensen in deze wereld wel mee bezig te zijn. Wat kunnen mensen druk zijn! En waarom? Waar doen ze het voor? We hollen rond, maar waar naartoe? Met welk doel?

“Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad”, zegt de dichter van Psalm 119. Als Gods Woord een licht op zijn pad is, veronderstelt dit dat hij zelf midden in de duisternis leeft. Dat de wereld vol duisternis is, komen we vaker tegen in de Bijbel. Al in vers 2 van de Bijbel lezen we over de duisternis op aarde: “De aarde nu was woest en leeg en duisternis lag over de watervloed.” De duisternis is negatief. Duisternis betekent ellende. Duisternis staat tegenover het leven. Het staat voor het kwaad, de dood.

We lezen deze Psalm meestal niet in zijn geheel, omdat hij zo lang is. Als je dat wel zou doen, zou je ontdekken dat de Psalm gaat over het leven, over de duisternis en ook over de wet, het Woord van God. De dichter ervaart ook de duistere kant in zijn leven. Hij heeft het in de Psalm over vijanden, mensen die hem verdrukken, hem kwaad willen doen, of zelfs trachten te doden.

Als je nu zou denken “dan zal het wel een klaagzang worden”, dan heb je het mis. Het is juist een lofzang! De langste Psalm is een lofzang op Gods Woord. De dichter lijkt niet uitgezongen te raken over Gods Woord.

Te midden van de duisternis om hem heen is de dichter vol lof over Gods Woord. Het is voor hem een lamp voor zijn voet en een licht op zijn pad.

Gods Woord

Die eerste twee woorden zijn heel bijzonder! ‘Uw Woord’. De dichter zegt dat tegen God. Hij noemt de Bijbel, voor zover hij die had in zijn tijd, Gods Woord. Geen mensenwoord, geen menselijke regels, maar woorden van God. God heeft ze gesproken. God gaf openbaringen door Zijn Geest. God sprak bij de brandende braamstruik. God grifte Zijn geboden in stenen. Het is Gods Woord, het zijn niet enkel mensenwoorden en menselijke ervaringen.

De Schepper van alle dingen, de God van het heelal, openbaart zich als God aan de mensen die Hij geschapen heeft. Hij stelt zich voor als ‘Ik ben’. Hij spreekt tot ons, omdat Hij van Zijn schepselen houdt, omdat Hij contact met ons wil, om ons de weg te wijzen, om ons te redden. Hoe geweldig is dat!

De dichter zegt dat die woorden van God inderdaad de weg wijzen! Die woorden zijn een lamp voor zijn voet. Als hij loopt, in de duisternis, in die donkere kamer, heeft hij een lamp nodig, zodat hij kan zien waar hij loopt. Een licht op zijn levenspad! Zodat hij niet van de weg afraakt en omkomt, zodat hij God niet kwijtraakt en in de duisternis belandt waar hij niet kan leven. In het donker groeit immers niets. Stel je voor dat zon ‘uit’ ging! God spreekt, Hij doet het duister verdwijnen! God wijst je de weg, zodat je weet waar je kunt gaan en hoe je kunt leven!

Persoonlijke belijdenis

De dichter spreekt nu een geweldige belijdenis uit. Hij zegt tegen God: Uw woorden, Uw verordeningen, Uw geboden, die zijn als een lamp, als een licht in mijn leven! Die maken het leven voor mij mogelijk! Die verdrijven de duisternis. Een geweldige belijdenis! Hij zegt niet dat Gods Woord een lamp is voor het leven, in het algemeen. Nee, hij zegt dat Gods Woord een lamp voor zijn voet en een licht op zijn pad is! Dat blijkt ook wel uit de volgende verzen! Hij omarmt het Woord van God en tracht ernaar te leven!

In de Bijbel leert hij immers waar hij vandaan komt. Hij leert zijn Schepper kennen. Hij leert God kennen die hij kan aanroepen. Hij leert Gods liefde en genade kennen. God hoort naar hem en vertelt hem hoe hij het beste kan leven, wat hij wel en wat hij niet moet doen. De Bijbel is een boek vol richtingaanwijzers. Gods Woord helpt hem in zijn leven de juiste keuzes te maken!

God brengt licht in de duisternis! Dat zien we al in vers 3 van de Bijbel. God spreekt en er is licht! Zo ervaart de dichter het ook. Gods Woord brengt licht!

Soms krijg je de indruk van mensen dat ze de Bijbel niet zo helder vinden. Het schuurt, het wringt, ze vinden het achterhaald, het past hen niet. Voor de dichter is Gods Woord een lamp die het duister op doet klaren. God wijst hem de weg!

Het licht der wereld

Bijzonder is ook dat Johannes in zijn evangelie beschrijft dat in het Woord leven was en het leven het licht van de mensen was. Het licht schijnt in de duisternis. Het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond. God spreekt en God brengt licht! Zijn Woord is het licht! Jezus is het Levende Woord. Hij is ook het Licht! Jezus zegt het zelf: ‘Ik ben het Licht der wereld’ (Johannes 8: 12). Hij is het Licht dat de duisternis verdrijft. Hij overwint het kwade, de satan en de dood. Hij verdrijft de duisternis uit deze wereld. Zoals het zonlicht ‘s morgens de duisternis van de nacht verdrijft, zo verdrijft Christus de duisternis in deze wereld.

Zo wil Hij ook de duisternis uit je hart verdrijven. Als Gods Woord in je hart gaat schijnen, dan verdwijnt immers de duisternis. Dan verdwijnen de sombere en de hopeloze gedachten. Want Gods Woord brengt ons Gods liefde, genade, hoop en toekomst! Gods Woord reinigt ons hart van de zonde en van het kwade en verlicht ons, vernieuwt ons door Zijn heilige Geest.

Johannes verwoordt dit zo mooi in hoofdstuk 20: 31: “… deze zijn beschreven opdat u gelooft dat Jezus de Christus is, de Zoon van God, en opdat u, door te geloven, het leven zult hebben in Zijn Naam.” Gods Woord is een machtig Woord, het is het Woord dat leven geeft. Het is een zegen voor de mensheid dat God gesproken heeft en Zijn licht laat schijnen! Wij zijn rijk gezegende mensen, omdat we Gods Woord mogen hebben!

Voor boven je bed

“Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad” Een mooie tekst voor aan de muur, boven je bed of op de schoorsteenmantel. Maar je moet er wel wat mee doen! Als je er niet mee aan het werk gaat, helpt het je niets! Je moet de Bijbel gebruiken als een lamp voor je voet en een licht op je pad. Laat het schijnen in je hart en in je huis! Laat het je de weg wijzen in het leven! Laat het geen gesloten boek voor je blijven, want dan kan dat rijke Woord niet tot je doordringen. De Geest wil dat woord in ons hart leggen en tot ons spreken, zodat het vrucht gaat dragen in ons denken, in ons voelen, in ons willen, in ons spreken en in ons handelen. Hoe zou het vrucht kunnen dragen, als de Bijbel gesloten blijft?! Als je een zaklamp hebt maar hem niet gebruikt in het donker, dan heb je er niets aan, dan val je misschien alsnog! Overdenk het dag en nacht, zegt de dichter van Psalm 1. Jezus zegt in Johannes 15 dat Zijn woorden in ons moeten blijven. Dan reinigt dat Woord ons en kunnen we vrucht dragen voor God.

Gespreksvragen

1. Is de Bijbel ook voor jou een lamp voor je voet en een licht op je pad? Op wat voor manier(en)?

2. Welke teksten in de Bijbel helpen jou in het dagelijks leven?

3. Is de Bijbel van het volk Israël, van de kerk, of van de hele mensheid?

4. Hoe blijft Gods Woord in je (zie Johannes 15: 7)?

5. Hoe kunnen onze eigen (door de zonde aangetaste) gedachten, verlangens en gevoelens, of de wereld ons Bijbellezen beïnvloeden?

Ds. W.J.A. Ester is predikant te ‘s Gravenmoer

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen