Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het dier als model voor het ontstaan van religie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het dier als model voor het ontstaan van religie

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Frans de Waal

De Bonobo en de 10 geboden Moraal is ouder dan de mens Amsterdam: Atlas Contact 2013

256 pagina’s

ISBN 9789025438630

Volgens de primatoloog Frans de Waal hoort religie, net als ademhalen, bij de mens. Het is dan ook geen probleem dat mensen religieus zijn en in een hogere macht geloven. Maar tegelijkertijd vindt De Waal religie ook overbodig; religie hoeft ons niet te vertellen wat wel en niet goed zou zijn. Hij heeft meer vertrouwen in het seculiere experiment in West-Europa, waarbij burgerlijke en politieke instituties de rol van religie aan het overnemen zijn. De Waal laat aan de hand van gedragspatronen van chimpansees en bonobo’s zien dat moraliteit bottum-up is ontstaan en geen unieke eigenschap van de mens is.

Als primatoloog heeft Frans de Waal zowel in Nederland als in de VS veel vooraanstaand onderzoek gedaan naar de groepsdynamica binnen groepen chimpansees en andere primaten. De focus van zijn werk ligt op confictgedrag en hoe deze binnen groepen chimpansees worden opgelost. Ook empathie is een van zijn onderzoeksgebieden. In de afgelopen jaren zijn verschillende boeken van hem verschenen over het ontstaan van goed gedrag bij dieren, wat hij doortrekt naar het ontstaan van moraliteit bij de mens. In dit boek geeft hij echter niet alleen een biologischez verklaring van het moreel goede gedrag van mensen, maar gaat hij ook stap verder door duidelijk aan te geven hoe we met dit goede gedrag als samenleving kunnen functioneren. Het is een toegankelijk boek, waarin wetenschapsflosofe wordt afgewisseld met wetenschappelijk onderzoek en anekdotes over verschillende soorten gedragingen bij primaten. Dit geeft een mooi beeld van een aantal apensoorten. De dieren hebben bijna allemaal namen en vertellen hun eigen verhaal over empathie, het omgaan met conflicten en relaties tussen dieren.

Bij de beschrijving van zijn eigen wetenschappelijk onderzoek, ligt in alle boeken van Frans de Waal de focus op de manier waarop dit onderzoek is opgezet. Hiermee wordt duidelijk dat hij kijkt naar het gedrag van de dieren onderling en hoe de dieren op elkáár reageren. Aangezien in het verleden de onderzoeker zelf een belangrijke rol in het experiment had, of onderzoek gedaan werd naar de interactie tussen dier en onderzoeker, is het onderzoek van Frans de Waal revolutionair binnen de gedragsbiologie. Als het bijvoorbeeld gaat om het voorkomen van empathie dan gaat dit gepaard met het eigen maken van het perspectief van de ander. Dit perspectief is makkelijker aan te nemen van iemand van de eigen soort en die sociaal dichtbij staat. Dit zal dan ook eerder aangetoond kunnen worden met onderzoek tussen dieren onderling. In de loop der jaren is duidelijk geworden dat een aantal diersoorten in staat is om het perspectief van een dichtbij staande soortgenoot over te nemen en hierop te reageren; bijvoorbeeld als het gaat om pijn van de ander en hierop te reageren door de wond te likken en te verzorgen. Met name de bonobo vertoont veel empathisch gedrag wat verklaard kan worden door de grote gebieden in de hersenen die betrokken zijn bij het overnemen van het perspectief de ander. Chimpansees laten ook regelmatig empathisch en altruïstisch gedrag zien, maar vertonen, zeker naar vijanden en vreemden toe, nogal eens agressief gedrag.

Het grote verschil tussen mens en dier is volgens Frans de Waal, dat de mens naast de één-op-één relatie ook oog kan hebben voor de gemeenschap als geheel en daarom niet primair vijandig reageert op vreemden. Ook dit laatste wil De Waal verklaren vanuit de evolutie en wil laten zien dat ook onder primaten primaire vormen van gemeenschapsbelang aanwezig zijn en zelfs spijt kunnen hebben. Hiervoor gebruikt hij echter enkel anekdotes waarvan de meesten niet voortkomen uit eigen ervaringen.

Volgens Frans de Waal is de mens vanuit de evolutie niet enkel uit op eigenbelang of van nature slecht, en is het niet onze ratio die ons in staat stelt om onderscheid te maken tussen goed kwaad. Dat mensen in eerste instantie niet op rationele gronden onderscheid maken tussen goed en kwaad, is de laatste decennia ook duidelijk geworden binnen de morele psychologie. Empathie en altruïstisch gedrag geven de individu een evolutionair voordeel, aangezien empathische dieren ouder worden, meer seksuele contacten hebben en op deze manier meer nakomelingen krijgen.

Naast empathie speelt ook hiërarchie, wat duidelijk aanwezig is in groepen sociale dieren, een belangrijke rol als het gaat om goed gedrag en groepscohesie. Individuen leren hierdoor om bepaalde impulsen te remmen uit angst voor straf van een hoger geplaatste. Dieren zullen zich dan ook niet zo snel ‘gedragen als een beest’. Zelfs het doden van een prooi is volgens De Waal geen beestachtig gedrag, omdat dit niets met agressie te maken heeft en er heel wat impulsen onder controle gehouden moeten worden om een prooi ongezien te besluipen. Volgens De Waal is hiërarchie en de angst voor straf de basis voor het ontstaan van religie bij mensen. Ook de hemel en hel zijn hieruit ontstaan omdat naast straf ook beloning een belangrijke rol speelt binnen de groepsvorming van sociale dieren.

Moraliteit is volgens De Waal dus niet het bewijs voor een hogere macht zoals de christelijke wetenschapper Francis Collins (hoofd van het toenmalige Human Genome Project) in zijn boek De taal van God beweert. Francis Collins verwijst in zijn boek naar het werk van C.S. Lewis. Lewis pleit in Onversneden Christendom voor het bestaan van de moraliteit als aanwijzing voor een God, maar niet omdat wij nu eenmaal af en toe instinctief goed doen. Moraliteit is een wetmatigheid die hoort bij de menselijke natuur en die gevormd wordt door het geweten van de mens. Voor Lewis is dus niet het bestaan van empathisch gedrag een aanwijzing voor het bestaan van God, maar dat er op een ander niveau sprake is van het geweten van de mens. Dit blijkt vooral uit het feit dat we, onafhankelijk van straf of beloning, wel weten wat goed is, maar het zo vaak niet doen of er soms geen zin in hebben. De Waal daarentegen negeert dit punt en geeft in zijn boek expliciet aan dat het hem niet uitmaakt of er zoiets bestaat als hoe de mens zich behoort te gedragen, aangezien een maatschappij intrinsiek genoeg kansen en mogelijkheden heeft om een goede samenleving te vormen. Als humanist wil hij vooral kijken naar de mogelijkheden en kansen van de individuele mens. Hij is dan ook enkel gericht op de expressie en niet op de motivatie van bepaald gedrag. Gedrag dat voortkomt uit bewust eigenbelang beschrijft of verklaart De Waal bijvoorbeeld niet.

Maar is het grote verschil tussen mens en dier niet dat een dier enkel vanuit eigen emoties kan handelen en het perspectief van de ander alleen maar kan zien vanuit het eigen perspectief? Zo geeft de chimpansee Daisy nestmateriaal aan de zieke chimpansee Amos omdat ze zelf ook continu bezig is om nesten voor haarzelf te maken. Mensen zijn echter in staat om naast het innemen van een perspectief ook de ander te kennen en te weten wat goed voor die ander is. De Waal lijkt bijvoorbeeld niet uit de voeten te kunnen met de woorden van Jezus uit Matheus 7:12: ‘Wat gij wilt dat u geschiedt doet dat ook een ander’. Hij zou als vleesliefhebber toch geen worstjes voorzetten aan een vegetariër? Misschien blijft hij als primatoloog te veel hangen in het gedrag van apen. Gelukkig zijn mensen uniek in het feit dat ze een relatie met de ander kunnen opbouwen en de ander leren kennen en zo ook specifiek weten wat de ander nodig heeft. Deze relatie is ook kenmerkend voor de relatie tussen God en mens en is, in tegenstelling tot veel religies, de essentie van het christelijk geloof. Het grootse probleem van De Waal, en vele anderen met hem, is een verkeerd beeld van God. Hij ziet God als iemand die enkel voorschriften geeft en hierop reageert met beloning en straf. Maar als God de Schepper is van de mens, zal hij dan geen wet geven waarvan de mens tot bloei kan komen? En zelfs al houden we ons er niet aan, God zelf zorgt dat herstel en genezing gegeven worden.

Het boek van Frans de Waal geeft wetenschappelijke analyses die helder zijn en op sommige punten komen scherpe filosofische opmerkingen naar voren (bijv. dat de biologie er alleen is om gedragingen te beschrijven, maar dat onmogelijk bepaalde dingen kan voorschrijven; of het feit dat religie niet de oorzaak is van bepaalde vormen van geweld, maar dat het hierbij vaak gaat om politieke macht). Dit maakt het boek erg interessant en op sommige punten ook leerzaam om te lezen. Belangrijk is dan wel om te beseffen dat het verschil tussen mens en dier, wat betreft goed gedrag en religie, niet te reduceren is tot biologische verschillen. Ethiek en religie krijgen misschien uiting in biologische processen, maar hebben hun eigen oorsprong.

J.W. (Jaël) de Kool – van der Woude, DVM MA heeft diergeneeskunde en filosofie gestudeerd en is momenteel junior docent aan de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht. E jwvdwoude@hotmail.com

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.forumc.nl/radix

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 oktober 2013

Radix | 68 Pagina's

Het dier als model voor het ontstaan van religie

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 oktober 2013

Radix | 68 Pagina's