Bijbelstudie op de mannen- of vrouwenvereniging: ‘Je kunt van elkaar leren, zeker van oudere mensen’

Marianne over vrouwenvereniging ‘Dient elkander’: “Op de vereniging zijn vrouwen van onder de 30 tot boven de 80 vertegenwoordigd. We hebben 35 leden, waarvan er per avond ongeveer 25 aanwezig zijn.” Ook op mannenvereniging ‘Onderzoekt de Schriften’ zijn mannen van alle leeftijden aanwezig. Floris: “Ik werd op m’n 24 ^e lid van de vereniging. Dat is relatief jong, maar nadat ze van de jeugdvereniging afgaan worden veel mensen wel lid van de vrouwen- of mannenvereniging.”

Hoe ziet een gemiddelde verenigingsavond eruit?

Marianne: “We beginnen met zingen en bidden, daarna lezen we het Bijbelgedeelte en houdt één van ons een inleiding over dit gedeelte. Vervolgens gaan we in groepjes uiteen om de Bijbelstudie te doen en komen we weer bij elkaar om eventuele vragen plenair te bespreken. Na de pauze hebben we eerst het huishoudelijke gedeelte. Daarna levert één van de leden een bijdrage, in de vorm van een gedicht of een kort stukje. Of we zingen een aantal liederen met elkaar.”

Floris: “Bij ons houdt iemand een inleiding over een gedeelte uit het Oude of Nieuwe Testament, een belijdenisgeschrift of een vrij onderwerp. Voor de behandeling van Bijbelgedeeltes hebben we een rooster. De inleider gebruikt eigen studiemateriaal voor het maken van de inleiding. Het niveau van de inleidingen ligt best wel hoog; er wordt echt studie van gemaakt. Iedereen doet dat, je komt dus niet weg met half werk. Na de inleiding bespreken we het onderwerp plenair. De ene avond behandelen we één onderwerp, de andere avond twee.” Marianne: “Vroeger hadden wij ook direct een plenaire bespreking. Dat werkte bij ons niet zo goed: Er vielen veel stiltes en het waren vaak dezelfde mensen die iets zeiden. Toen er nieuwe, jongere leden kwamen, zijn we op hun voorstel in groepjes uit elkaar gegaan. Dat waarderen we erg; in een klein groepje kom je toch sneller tot een fijn gesprek.”

Floris herkent dat deels: “Bij ons zijn het ook altijd dezelfde mensen die de spits afbijten, maar tegelijkertijd durft iedereen wel iets te zeggen. Natuurlijk is er een enkeling die niet vaak iets zegt, maar dat is dan ook de aard van het beestje. Bij ons is de sfeer er echt naar dat je iets kunt zeggen of vragen. Het is best wel ontspannen.”

Bijbelstudie

Hoe zien jullie Bijbelstudies eruit? Marianne: “Wij behandelen meestal de onderwerpen uit het blad CGK Vrouw, maar ook weleens een boekje. De meeste vrouwen bereiden zich thuis voor door het Bijbelgedeelte te lezen en soms door er wat verklaringen op na te slaan. Het praat fijner als je weet waar je het over hebt. In de Bijbelstudies van ‘CGK Vrouw’ staat vaak al wat achtergrondinformatie, dat is handig. We zoeken met elkaar naar antwoorden. Als we er met het groepje niet uitkomen, bespreken we de vraag plenair. Soms is de vraagstelling bij de Bijbelstudies wat onduidelijk. Ik heb weleens de vrijheid genomen om een predikant te mailen toen we er met elkaar echt niet uitkwamen.”

Floris vult aan: “Ook bij ons wordt er, voor zover ik weet, goed voorbereid. We lezen veel om het te behandelen onderwerp heen. De vragen worden in de eerste plaats gesteld aan de inleider, maar het gaat ook wel heen en weer in de groep.”

Trekken jullie ook lijnen van de Bijbel naar het leven van vandaag als christen?

Allebei antwoorden ze met een volmondig “ja”. Marianne: “Dát is de bedoeling van de vrouwenvereniging, dat je er voor het leven van alledag iets aan hebt. We praten met elkaar over ons gebedsleven, over hoe je in de gemeente met elkaar omgaat, over hoe je omziet naar elkaar. Aan de hand van het Bijbelgedeelte vragen we aan elkaar: ‘Hoe vul jij dit in?’ Directe vragen, bijvoorbeeld: ‘Wie is de Heere Jezus voor je?’, vinden mensen soms lastig om te beantwoorden. Natuurlijk komen zulke vragen ook aan bod, maar soms kom je dichterbij elkaar door het over het dagelijkse leven met de Heere te hebben.”

Floris: “Ook bij ons wordt het heel praktisch. Het blijft niet bij constateren van ‘tjonge, het is ook heel wat, wat daar staat’, maar komt echt bij de vraag: ‘hoe staan wij daarin?’ Dat vind ik het mooie van de vereniging, het brengt echt heel veel. Je wordt stilgezet, je verdiept je in dingen. Ik zou het niet graag willen missen.”

Marianne: “De vereniging is een stok achter de deur om te zitten aan de voeten van de Heere Jezus.”

Lid van de vereniging

Hoe vinden jullie het om lid te zijn van de vereniging?

Marianne: “Ik vind het fijn en leerzaam. En daarnaast geeft het ook een bepaalde verbondenheid aan elkaar. Het is bijzonder om geestelijke zaken met elkaar te delen, en ook mooi om als zusters dichtbij elkaar te leven.”

Floris beaamt dat en vult aan: “Je neemt het natuurlijk zoals het gaat in de gemeente, maar ik vind het mooi hoe het hier gaat. Het beeld van de mannenvereniging is toch wel: Je gaat er pas heen als je tegen je pensioen aanhikt of al met pensioen bent, maar hier is het echt anders. Het mooie vind ik dat je veel van elkaar kunt leren, zeker van oudere mannen. Dan proef je echt dat zij wat meer vlieguren hebben dan ik.”

Is het geen nadeel om als mannen en vrouwen zo gescheiden op te trekken? Kun je van elkaar ook niet veel leren?

Marianne: “Af en toe hebben we een avond samen, maar dan wordt de groep wel erg groot.”

Floris: “We hadden een poosje terug een avond met zowel mannen als vrouwen waarbij we in groepen uiteengingen. Dat was erg mooi. Ik weet niet of je het makkelijk structureel zou kunnen doen, maar het is wel mooi om als hele gemeente met elkaar in gesprek te zijn.”

Marianne: “Op een Bijbelkring zit je natuur lijk met mannen en vrouwen bij elkaar, maar dan ben je vaak van dezelfde leeftijd. Dat heeft ook nadelen.”

Sociale activiteiten

Marianne: “Wat ik ook leuk vind aan de vrouwenvereniging, is dat we elk jaar een maaltijd hebben met elkaar, waarvan de opbrengst bestemd is voor een goed doel.”

Floris: “Jullie zijn wel een stuk socialer dan wij.”

Marianne: “Jullie zijn toch ook weleens uit geweest?”

Floris: “Haha, dan was er vast geld over.”

Marianne: “Nou, stel eens voor om een maaltijd te houden met elkaar!”

Floris: “Dat wordt Chinees halen dan …” Marianne wordt weer snel serieus: “Ik vind het mooi om het omzien naar elkaar handen en voeten te geven. Zo namen we bijvoorbeeld een tijdje boodschappen mee voor de voedselpakketten die het Open Huis in Haarlem verstrekt aan mensen die niet meer in aanmerking komen voor de pakketten van de voedselbank, maar die wel nodig hebben. Op deze manier maak je niet alleen elkaar, maar ook anderen blij.”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen