‘Nu is gekomen de zaligheid, de kracht en het koninkrijk van onze God...’
Openbaring van Johannes - 5 Bevrijd van elke aanklacht!
Lezen: Openbaring 12:1-12
Ons geweten kan ons aanklagen. Als je iets van een ander kapot maakt, al ging het per ongeluk, dan klinkt er een aanklacht in je hart: Stommeling! Naast de aanklacht denk je ook: Hoe ga ik dit weer goed maken?
Aanklacht in de hemel
De Bijbel vertelt ons dat er niet alleen een aanklacht in ons hart kan klinken, maar er ook een aanklacht klonk in de hemel. Een zeer luide aanklacht van niemand minder dan de duivel, de satan, die in ons hoofdstuk de aanklager wordt genoemd.
In het Oude Testament leren we dat dit een functie, een soort privilege was van de duivel. Hij kon de hemel binnengaan om de mensen op aarde bij God aan te klagen. Zo komen we de duivel tegen in het Bijbelboek Job, waar hij vraagtekens zet bij het geloof van Job. In het Bijbelboek Zacharia klaagt de duivel de hogepriester Jozua aan.
Als aanklager komen we de duivel ook tegen in Openbaring 12, waar staat in vers 10, dat hij de mensen dag en nacht bij God aanklaagt. Naast de lofzang die er dag en nacht in de hemel klinkt, klinkt daar ook steeds weer de aanklacht van de duivel: ‘Hij is Uw liefde niet waard!’ ‘Zij heeft gefaald!’ Zo klinkt de aanklacht ‘schuldig’ dag in dag uit, bij dag en bij nacht uit de mond van de grote aanklager.
Indrukwekkend visioen
Hoofdstuk 12 toont ons een indrukwekkend visioen. Het is niet iets nieuws dat we zien, maar opnieuw een blik op het schilderij van Gods plan vanuit een nieuwe invalshoek. Inzichten die in de voorgaande hoofdstukken opgedaan zijn, worden nu verder uitgewerkt en verdiept.
Johannes ziet een vrouw, bekleed met de zon, maan en twaalf sterren. Deze verschijning heeft iets goddelijks. Ze mag het stralende licht van God zelf dragen en weerkaatsen. Zon, maan en sterren zijn ook beeld voor Israël. Denk maar aan de droom van Jozef, dat zon, maan en elf sterren voor hem neerbuigen. In zijn droom is dat beeld voor vader, moeder en elf broers. Uit het vervolg wordt duidelijk dat deze vrouw niet alleen beeld is van Israël, maar van de gehele geloofsgemeenschap van voor en na Christus.
Dan wordt er een grote, vuurrode draak gezien met zeven koppen en tien horens en op elke kop een kroon. Letterlijk staat er ‘diadeem’. De vuurrode kleur staat voor moord, hij die de heiligen doodt. De zeven koppen en tien horens staan voor compleetheid van macht. Op de achtergrond klinkt Daniël 7, waar een beest met tien horens verschijnt als beeld van een vijandige macht. De zeven kronen staan voor de valse claim dat zijn macht alles en iedereen te boven gaat.
Wereldwijd effect
Deze machtige en kwade verschijning sleept een derde van de sterren aan de hemel mee en smijt ze op aarde. Dit is beeld van het kosmische en wereldwijde effect van zijn kwade macht. Ook betekent het dat vele gelovigen door deze kwade verschijning worden gedood. De draak is volgens vers 9 de slang van weleer, de duivel. Dat hij een draak wordt genoemd is in lijn met het Oude Testament. Daar worden kwade machten meerdere keren symbolisch aangeduid als Leviathan, een zeemonster, een draak. Oudtestamentische profetieën onthullen zo aan de mensen uit hun tijd dat achter de kwade overheersers een demonische macht schuilgaat. De satan is eropuit het kind van de vrouw te verslinden. Het hoofdstuk maakt duidelijk dat het hier om de Messias gaat: Hij die, volgens Psalm 2, het volk zal hoeden met ijzeren herdersstaf. Op de achtergrond klinkt de moederbelofte uit Genesis 3 dat het zaad van de vrouw de kop van de slang zal vermorzelen. Maar dat wil de slang, de draak, voorkomen door het kind te vermorzelen. Een gruwelijk beeld wordt geschetst. Maar zodra het kind geboren is, wordt het weggevoerd naar God en Zijn troon. In deze woorden hoor je de aanvallen van de duivel op Jezus, denk aan de kindermoord in Bethlehem, de verzoeking in de woestijn en de strijd aan het kruis. In een paar woorden wordt alles samengevat. Het weggevoerd worden naar God staat voor de opstanding van Jezus, het gaan naar de troon staat voor de hemelvaart. Terwijl de duivel het kind wilde verslinden, wilde overwinnen, is hij zelf overwonnen. De vrouw, beeld van de gehele geloofsgemeenschap, vlucht de woestijn in, waar God voor haar zorgt 1260 dagen lang.
1260 dagen
Net als vrijwel alle getallen in Openbaring is 1260 een symbolisch getal. In vers 14 wordt een periode van een tijd, twee tijden en een halve tijd genoemd (samen drieënhalf jaar) en in 13 vers 5 een periode van 42 maanden. Alle drie de tijdsaanduidingen zijn symbolisch en hebben dezelfde betekenis. Ze staan voor een periode van verdrukking, maar met hoop op overwinning. God heeft namelijk de periode van verdrukking begrensd. Deze tijd van verdrukking wordt vaak de eindtijd genoemd. Nu is de eindtijd niet iets wat eens in de toekomst zal uitbreken, maar de tijd waarin we nu al leven. De eindtijd is volgens Openbaring begonnen bij de hemelvaart van Christus (Openbaring 4 en 5) en zal duren tot aan Zijn wederkomst.
Hemelse oorlog
Openbaring 12 toont ons dat de duivel niet alleen heeft gefaald, maar dat hij ook is verslagen. De slang van weleer, de grote aanklager die de hele wereld misleidt, is overwonnen door de Messias! En één van zijn functies, namelijk die van aanklager, is door de Messias nu al vermorzeld.
Dit wordt duidelijk gemaakt met de beelden van de hemelse oorlog, waarbij aartsengel Michaël met zijn engelen de strijd aanbindt met de duivel en zijn engelen en hen overwint. De toegang tot de hemel is voor de duivel gesloten. De aanklager kan de hemelse rechtszaal niet langer betreden. Hij is eruit gegooid door aartsengel Michael.
Heb je je weleens afgevraagd waarom de engel Michael hier wordt genoemd? Ik dacht altijd omdat hij een soort legeraanvoerder van God was. Zo wordt hij namelijk voorgesteld in Daniel 10. Maar er zit meer in!
Hemelse rechtszaal
In vroeg-joodse geschriften wordt satan beschreven als aanklager, maar tegenover de aanklager wordt Michael als verdediger, als advocaat, gezet. Je leest dan bijvoorbeeld dat de satan Israël aanklaagt, maar dat Michael hen telkens weer vrijpleit.
Volgens een vroeg-joodse uitleg was het Michael die aan Gods rechterhand Israëls ellendige situatie in Egypte aankaartte en hun zaak bepleitte. Dit resulteerde in Gods ingrijpen in Egypte en de verlossing van Israël. Deze gedachte van Michael en satan als tegenstanders in de hemelse rechtszaal kom je ook in het Nieuwe Testament tegen. Lees maar eens de brief van Judas vers 9!
Als we aan de hemelse rechtszaal denken hebben we vaak het volgende beeld voor ogen: God zit als rechter op de troon, wij zitten in het beklaagdenbankje, de duivel klaagt ons aan, maar Jezus pleit ons vrij. Maar het beeld in het vroege Jodendom, waar ook Openbaring bij aansluit, is anders. Gods volk zit in het beklaagdenbankje, waar het dag en nacht wordt aangeklaagd door de grote aanklager. Michael bepleit de zaak van het volk. Maar het hele proces dat dag in dag uit voortduurde, wordt ineens stopgezet. De deuren van de hemelse rechtszaal gaan open en wie stapt daar binnen? Het is de Leeuw van Juda, het Lam dat geslacht is. Hij gaat zitten op de troon! Eerst had de duivel nog grond voor zijn aanklacht, maar nu is alle grond verdwenen!
In Hebreeën 2 vers 14 wordt de duivel de heerser over de dood genoemd. Als grote aanklager joeg hij de mensheid de dood in. Maar hij is niet langer heerser over de dood. Jezus heeft de dood overwonnen en heeft nu de sleutels van dood en dodenrijk in handen! Elke aanklacht tegen het volk van God, van alle tijden en plaatsen, wordt van tafel geveegd. Elke aanklacht die er tegen ons kan klinken in de hemelse rechtszaal wordt vernietigd. Niet omdat wij de schuld hebben vereffend, maar enkel en alleen door het bloed van het Lam, Jezus Christus, die de schuld heeft betaald. Dankzij Hem is er vergeving én verzoening. Hij bevrijdt van de aanklacht en herstelt je als mens in relatie met God.
Gespreksvragen
De eindtijd is niet maar iets voor later. We zitten er middenin! Het is volgens Openbaring namelijk de tijd tussen hemelvaart en wederkomst van Christus. Wat doet deze uitleg met jouw beeld van de eindtijd?
Een aanklacht kan klinken in ons hart. Soms kunnen we eronder gebukt gaan in het leven. Zijn er aanklachten, dingen uit het leven, waar jij onder gebukt gaat?
Als God mij aanziet, ziet Hij niet de zonde en hoort Hij geen aanklacht. Hij ziet mij aan in Christus die overwonnen heeft! Laat dat eens op je inwerken vandaag.
Als Christus mij bevrijdt van elke aanklacht, wie ben ik dan om de ander aan te klagen? Leg vandaag jouw aanklachten, jouw kritiek en oordelen in de handen van de Here.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 december 2021
De Wekker | 28 Pagina's